De voetbalwereld was in januari met stomheid geslagen toen Heerenveen vol trots melding maakte van een opvallende huurtransfer. Martin Ödegaard, een van de grootste talenten van Europa, zou het grote Real Madrid een anderhalf seizoen lang inruilen voor een Fries avontuur.
Heerenveen gold dat op dat moment als 'the best of the rest' in de Eredivisie en had een uitstekende eerste seizoenshelft achter de rug. Het aanvalstrio Arber Zeneli, Reza Ghoochannejhad en Sam Larsson was bijna niet te stoppen en werd begeleid door de ervaren dirigent Stijn Schaars. Met Ödegaard op 'tien' leek de amusementswaarde van Heerenveen nóg een extra boost te krijgen.
Ödegaard debuteerde op 14 januari in de thuiswedstrijd tegen ADO Den Haag (2-0) en zou dit seizoen in totaal veertien competitieduels meespelen met Heerenveen, dat sinds zijn komst opvallend genoeg een vrije val beleefde op de ranglijst In slechts acht wedstrijden daarvan begon de Noor in de basis. Hoewel de balbehandeling van de middenvelder zijn enorme potentie verraadt, bleef zijn rendement opvallend laag. Alleen in de duels met FC Twente, Go Ahead Eagles en Roda JC Kerkrade schreef Ödegaard een assist op zijn naam. Waarbij zijn pass op Luciano Slagveer in de wedstrijd tegen Go Ahead (2-2) als absolute hoogtepunt gold.
Maar Heerenveen zal uiteindelijk concluderen dat drie assists te mager is voor een speler als Ödegaard. Zeker omdat de club volgens het Algemeen Dagblad liefst 40.000 euro per niet-gespeelde wedstrijd moet overmaken aan Real Madrid en Odegaard in de maanden april en mei slechts eenmaal in de basis stond. De laatste keer was afgelopen weekend, toen er met 0-2 werd verloren van NEC. De enige manier waarop de Noor nog enige glans kan geven aan zijn teleurstellende tweede seizoenshelft is wanneer hij Heerenveen deze week in de play-offs langs FC Utrecht helpt.