De 58-jarige Hagenaar speelde jarenlang indirect een aanzienlijke rol in de ontwikkeling van het Nederlandse voetbal in het algemeen en het Nederlands elftal in het bijzonder. Tussen 2005 en 2013 vervulde hij bij Feyenoord de functie van hoofd jeugdopleiding. De laatste vier jaar van die periode werd de Rotterdamse opleiding onderscheiden met de Rinus Michels Award in de categorie Beste Jeugdopleiding Betaald Voetbal. Onder zijn bewind maakten talenten als Georginio Wijnaldum, Leroy Fer, Jordy Clasie, Bruno Martins Indi, Stefan de Vrij, Tonny Vilhena en Terence Kongolo de oversteek van Varkenoord naar De Kuip om later ook bij Oranje aan te haken.
“Buitenlandse clubs waren welkom. Wij zijn altijd heel open geweest”, aldus Brard in ELF Voetbal. Dat betekent evenwel niet dat het geheim achter het succes van Varkenoord voor het oprapen lag, haast hij zich te benadrukken. “Het kwam voor dat buitenlandse trainers stage liepen, maar zo'n stage duurde zelden langer dan een paar dagen. Eén keer heeft iemand van Manchester City wat langer rondgelopen om van ons te leren, kan ik me herinneren. Nou, geloof me, zelfs als je maandenlang meeloopt kun je niet alles zien, een volledige organisatie doorgronden. Het geheim van opleiden is dat je de juiste trainers hebt, die dag in dag uit met spelers aan de gang zijn. Feyenoord had en heeft die trainers. Zoiets laat zich niet vangen in een A4'tje met aanbevelingen en is dus niet zomaar te 'stelen' door een buitenlandse club.”
In het beeld van een kennisstroom met eenrichtingsverkeer, van Nederland naar bijvoorbeeld buurlanden Duitsland en België, kan Brard zich sowieso niet vinden. “Nederlandse clubs hebben zelf natuurlijk ook in het buitenland rondgekeken. Feyenoord ook. Zo zijn wij in mijn tijd bij FC Barcelona en Manchester United geweest om te zien hoe ze daar de kleintjes trainen. Daar hebben we de goede dingen uitgehaald. En we haalden ook regelmatig mensen binnen om ons te vertellen hoe opleidingen elders georganiseerd werden, uit andere sporten bijvoorbeeld. We kwamen erachter dat er in andere disciplines meer aandacht was voor de mentaliteit van de sporter. Ook daar hebben we dingetjes uitgepikt. En dat is echt niet alleen bij Feyenoord gebeurd hoor. Van mensen die zeggen dat Nederland als opleidingsland heeft stilgestaan begrijp ik niets. Nederland heeft juist heel veel geïnnoveerd.”