Het is de 64ste minuut in een oefenwedstrijd tegen Oekraïne als Ryan Babel het net weet te vinden voor Oranje. Hij valt die wedstrijd in voor Giovanni van Bronckhorst, de huidige trainer van Feyenoord. In die periode is het niet heel raar dat Babel bij het Nederlands elftal zit. Hij maakt al op jonge leeftijd furore bij Ajax en dwingt een transfer naar Liverpool af. Alleen al door daar op de bank te zitten, kan hij een peloton aan buitenspelers in de Eredivisie buitenspel zetten.
Maar gelijk aan de prestaties in zijn voetbalcarrière ziet Babel zijn kansen op een uitnodiging minder worden. Die ene goal tegen Oekraïne - dat was op 24 mei 2008 in De Kuip, Rotterdam - was een heel lange tijd zijn laatste in het shirt van Oranje. Deze week scoorde hij voor het eerst weer in het shirt van Oranje. Advocaat, de huidige bondscoach die hem een nieuwe kans durfde te geven, kreeg een dikke knuffel.
Sinds de wegen van Van Basten en Babel scheidden is er veel veranderd. Twee weken terug maakte hij nog zijn vierde treffer in tien competitieduels voor het Turkse Besiktas, dat ieder jaar meedoet om de landstitel. De linksbuiten van toen dook bij zijn terugkeer in Oranje ineens op als centrumspits. Op de flanken kiest Advocaat normaal gesproken voor spelers als Memphis Depay, Quincy Promes en Steven Berghuis.
Babel heeft via een omweg laten zien wat hij waard is. Bij Oranje staat zijn doelpuntenteller momenteel op zes in 46 interlands. Het is maar net of de opvolger van Advocaat, die nog moet worden aangesteld, het ook ziet zitten in Babel. Toch laat de aanvaller in Turkije zien dat hij nog lang niet afgeschreven moet worden. En aan zijn scorend vermogen zal het zeker niet liggen.