In de winter van 2005 tekende een zekere Anderson een contract bij FC Porto. De piepjonge Braziliaan werd in eigen land door zijn vlotte dribbel en Grêmio-achtergrond razendsnel omgedoopt tot ‘de nieuwe Ronaldinho’. Met deze gevaarlijke bijnaam op zak kreeg Anderson in Portugal direct te maken met huizenhoge verwachtingen. Anderson was zojuist benoemd tot de beste speler van het WK Onder 17 toen hij de overstap maakte naar Porto, dat zo’n zeven miljoen euro voor hem neerlegde.
Wegens problemen met het aanvragen van een werkvergunning maakte Anderson pas een jaar later zijn debuut voor de Portugezen, maar maakte hij meteen een onuitwisbare indruk. De jonge middenvelder ontwikkelde zich snel tot basisspeler, won de Portugese competitie en maakte zelfs minuten in de Champions League. Aan de zijde van spelers als Lucho Gonzalez, Paulo Assunçao en Ricardo Quaresma hield Anderson zich knap staande en kon hij binnen een mum van tijd rekenen op interesse van verschillende Europese topclubs.
Golden Boy
De goede prestaties van Anderson in het shirt van FC Porto bleven ook in het buitenland niet onopgemerkt. Meerdere clubs vochten in juni 2007 om de handtekening van de gewilde Braziliaan, waarna Manchester United uiteindelijk aan het langste eind trok. The Red Devils betaalden liefst dertig miljoen euro en hadden onder leiding van Sir Alex Ferguson grote plannen met het supertalent.
Anderson kreeg slechts weinig tijd om te aarden in Manchester. De aanvallende middenvelder ontpopte zich in zijn eerste seizoen bij United al tot basisspeler en kwam tot liefst 24 optredens in de Premier League. Hij ging moeiteloos mee met het niveau en vormde samen met supersterren als Cristiano Ronaldo, Paul Scholes en Ryan Giggs een middenveld van absolute wereldtop. Het sterrenensemble uit Manchester pakte, met Anderson in de basis, in het seizoen 2007/08 zowel de landstitel en de Champions League.
Het topseizoen leverde hem in 2008 de befaamde titel van Golden Boy op, een prijs die eerder werd gewonnen door Rafael van der Vaart, Wayne Rooney, Lionel Messi, Cesc Fábregas en Sergio Agüero. Het individuele eremetaal was de bekroning op het harde werk van de Braziliaanse tiener en niets leek nog tussen hem en een fantastische carrière te staan.
Teloorgang
Zijn eerste jaar in Engelse dienst bleek echter direct het meest succesvolle. In de zeven daaropvolgende seizoenen speelde Anderson niet één keer meer dan twintig Premier League-duels en ging het steeds verder bergafwaarts met het voormalig wonderkind. De Braziliaan verruilde zijn vaste plaats op het middenveld steeds vaker voor een plekje op de reservebank en zelfs de tribune kwam alsmaar dichterbij. In zijn laatste twee seizoenen in dienst van Manchester United kwam Anderson slechts tot vijf optredens in de Engelse competitie en nam hij steeds verder afstand van dat waanzinnige debuutseizoen. Na een weinig succesvolle periode op huurbasis bij Fiorentina besloot hij al op 26-jarige leeftijd terug te keren naar zijn geboorteland.
Brazilië
Waar de meeste spelers zich op hun 26e opmaken voor de jaren waar het allemaal om draait, ligt dit bij Brazilianen vaak anders. Zo beleefden spelers als Ronaldinho, Adriano en Robinho meer hoogtepunten in het nachtleven dan op het veld en ging de voetballoopbaan als een nachtkaars uit. Hetzelfde scenario kwam al snel aan het licht voor Anderson, wie met zijn transfer naar Internacional letterlijk en figuurlijk kilometers verwijderd was van een nieuwe carrière in Europa. De voormalig Golden Boy kwam eenmaal terug in Brazilië kilo’s aan en vond nooit meer de vorm die hij in zijn eerste seizoen bij Manchester United had.
Nu, tien jaar na zijn verkiezing tot grootste talent ter wereld, is Anderson clubloos. Zijn contract bij Internacional werd vrijdag ontbonden en de inmiddels 29-jarige Braziliaan kan voor het eerst in drie jaar op zoek naar een nieuwe uitdaging. Een terugkeer naar Europa lijkt onbegonnen werk, waardoor de trieste teloorgang van Anderson slechts onderdeel is van de verhalenbundel over wonderkinderen die nooit de carrière beleefden die men voorspelde.