Het was een wedstrijd die de voetbalwereld even opschudde. Bayern München is in alles het establishment van de Europese top, de Mark Rutte onder de voetbalclubs. Er zijn weinig ploegen die het afgelopen decennium zo constant aan de top aanwezig waren dan de Zuid-Duitsers. Oké, een quizvraagje: kunt u herinneren wanneer Bayern voor het laatst een seizoen niet op het hoogste Europese toneel te zien was? Het antwoord is het seizoen 2007/08, toen het in de halve finale van de UEFA Cup door het Zenit St. Petersburg van Dick Advocaat verschalkt werd. Sindsdien behaalde het, op een jaargang na, een aaneenschakeling van halve finale- en finaleplaatsen in het miljoenenbal.
Het maakte de galashow van Paris Saint-Germain op 27 september 2017 extra speciaal. Bayern München werd in Parijs niet verslagen, het werd niet weggespeeld, het werd vernietigd. Neymar top, Mbappé ongrijpbaar. De degelijke Duitse verdedigers werden geridiculiseerd alsof ze voor De Graafschap speelden. En ze waren niet de enige. Paris Saint-Germain scoorde liefst 25 keer in de groepsfase. Een gemiddelde van meer dan vier goals per wedstrijd. Een prestatie die niet topclubwaardig is, maar wereldtopclubwaardig. Alle reden voor ELF Voetbal om de voetbalshow tegen Bayern als een van dé acht momenten van 2017 te verkiezen. Op dat moment lagen er al liters slijm op de grond, wetende wat komende was: een tweeluik tussen de Parijzenaren en Real Madrid.
Deceptie
Het was een tweeluik die niet aan de verwachtingen kon voldoen. Natuurlijk was er goed voetbal, natuurlijk had vooral het eerste treffen op zijn tijd een immens tempo, maar het miste uiteindelijk een ingrediënt: spanning. Na een 3-1 nederlaag in Madrid bleek PSG in de return onmachtig enige vorm van leven in het duel te brengen. Pas na 41 minuten een eerste grote kans, dom balverlies van Dani Alves en een nog stommere rode kaart van Marco Verratti; een kwartfinaleplek was nimmer dichtbij. Met een nederlaag (een goal van Edinson Cavani tegenover treffers van Cristiano Ronaldo en Casemiro) droop het in eigen huis af.
Paris Saint-Germain probeert nu zes jaar een plek voor zichzelf te verwerven in de absolute top. Daaruit kunnen we een ding concluderen: het is nog geen stap dichterbij gekomen. Van 2013 tot 2016 vond het zijn Waterloo in de kwartfinale, vorig en dit seizoen in de achtste finale. Vaak was de loting lastig. Regelmatig was het verschil met de zegevierende ploeg klein. En soms was de uitschakeling, zoals vorig jaar, simpelweg uiterst ongelukkig. Maar in geen enkel geval werd de halve finale, laat staan de finale, bereikt.
PSG heeft al jaren de allure, de spelers en het geld om zich definitief in de Europese elite te nestelen. Het probleem is dat zij er niet in slagen te doen wat ploegen als Atlético Madrid en Juventus wél doen: presteren in de knock-outfase van de Champions League. De Parijzenaren moeten weer een jaar wachten om het ongelijk te bewijzen.