Waar is iedereen?
In Arnhem stappen al een handjevol Schalke-supporters in de trein naar Duitsland. Na ruim een uur moet je overstappen in Oberhausen, vanaf daar is het nog geen kwartier voordat je op het centraal station van Gelsenkirchen uitstapt. Dat station een het stationsplein staan allebei rond het middaguur al barstensvol blauw-wit. Hier en daar zie je ook het geel-zwart van de tegenstander. Alles gaat goed en dat is niet, zoals twee maanden eerder in Hamburg, door een overmacht aan politie. Meer dan wat plagerige liedjes zingen willen deze mensen niet.
Als we het station verlaten en de stad verkennen, vallen ons twee dingen op. Één: Gelsenkirchen is werkelijk spuuglelijk. Twee: iedereen weet dat al. Het is zaterdag, het is december: overal ter wereld ervaren winkels topdrukte door Kerstmis. Niet hier. De belangrijkste winkelpromenade in Gelsenkirchen is uitgestorven, we zien ook niet meteen ergens iets waar je wat zou willen kopen. We vinden alleen mensen op plekken waar gegeten en gedronken kan worden. Ze praten zonder uitzondering over voetbal. Geen wonder. Over het weer op deze zaterdag noch over Gelsenkirchen zelf zou een gezond mens langer dan een minuut willen praten.
Schalke als levensweg(of lijdensweg)
Dan maar naar het stadion. Er gaat een tram rechtstreeks. Halverwege stad en stadion ligt de Schalker Meile, onmisbaar om even uit te stappen. Al uren voor de wedstrijd zien we duizenden supporters van de Knappen die zich hier verzameld hebben. Overal kroegen, overal blauw-wit. Wie er nooit geweest is kan zich geen voorstelling maken hoe deze mensen voor hun club leven. Om te helpen: in dit vrij armoedige, troosteloze stadje speelt één van de twintig rijkste clubs van Europa. Niet omwille van een obsceen rijke voorzitter of sjeik, dit is kapitaal van het volk.
Wie pech heeft moet op de Meile blijven en de wedstrijd op televisie kijken. De gelukkigen kunnen verder naar het stadion. De Arena AufSchalke werd in 2001 geopend en is een kolossaal stadion. Dat het helemaal vol zit, daar ontkom je niet aan. Zodra we onze kaart ophalen, biedt een meneer ons tweehonderd euro voor het toegangsbewijs. Later zien we iemand zelfs drie meier overhandigen voor een ticket. Wie wil kan vooraf nog een bezoek brengen aan het Schalke-Museum, zeer de moeite waard.
Eenmaal binnen het stadion merk je aan alles hoe diepgeworteld de rivaliteit zit. Borussia Dortmund wordt door de speaker uitgesproken alsof hij het over bedorven yoghurt heeft. Waar het vanmorgen nog vriendelijk leek, kan je nu de afkeer bijna snijden, met dien verstande dat iedereen wel van elkaar afblijft. Na het zinnenprikkelende clublied van Schalke gaat het mis: de wedstrijd begint. De bezoekers uit Dortmund zijn gewoon domweg sterker en komen op 0-1.
Dat Schalke na rust een strafschop cadeau krijgt na een dubieuze ingreep van de VAR, doet daar niets aan af. De thuisploeg uit Gelsenkirchen speelt met opgestroopte mouwen maar met het vernuft van een waterkoker. Dat dit team door is in de Champions League geeft meer dan te denken. Jaden Sancho beslist het treffen met een fraaie goal. De bezoekers vieren de zege uitgelaten, de supporters van Schalke klappen voor hun helden. Dat ze er niets van gebakken hebben, doet er weinig toe. Ze hebben zich immers kapotgevochten voor blauw en wit. Dat is alles dat de aanhang eist.