1. Jorrel Hato
De duurste speler die afgelopen zomer de Eredivisie verliet, was Ajacied Jorrel Hato. Dat een Ajax-speler veel geld oplevert, is geen groot nieuws meer. Chelsea betaalde ruim 44 miljoen euro voor de 18-jarige verdediger. Ondanks zijn jonge leeftijd liet Hato de afgelopen jaren in Amsterdam zien over bijzondere kwaliteiten te beschikken, en dus kwam de transfer naar de wereldkampioen niet uit de lucht vallen. In Londen moet de geboren Rotterdammer nog enigszins zijn draai vinden. Hij stond één keer in de basis in de Premier League, tijdens de met 1-3 verloren wedstrijd tegen Brighton. Verder moet hij het voornamelijk doen met (korte) invalbeurten. Afgelopen weekend maakte hij geen minuten. In de Champions League is het nog wachten op zijn eerste optreden, misschien komt daar woensdag, tegen zijn oude club Ajax, verandering in. Hato maakte zijn eerste minuten voor Chelsea op de linksbackpositie, maar daar heeft hij de ervaren Marc Cucurella voor zich. De laatste weken speelt hij vaker centraal, maar ook daar is de concurrentie niet mals. Hij zal dus flink aan de bak moeten om een vaste basisspeler te worden.

2. Malik Tillman
De inmiddels ontslagen Erik ten Hag haalde PSV-smaakmaker Malik Tillman afgelopen zomer terug naar Duitsland. Bayer Leverkusen betaalde 35 miljoen euro aan PSV. In tegenstelling tot Hato heeft Tillman wél direct een basisplaats weten af te dwingen. Dat is op zich niet gek, want het was duidelijk dat hij de Eredivisie inmiddels ontgroeid was. In de zeven wedstrijden die hij speelde, was hij twee keer trefzeker. Vervelend voor Leverkusen en Tillman: de Amerikaan raakte tijdens de afgelopen interlandperiode geblesseerd en ligt er nog een aantal weken uit. Vanavond zal hij dus niet meespelen tegen PSG.
3. Igor Paixão
Igor Paixão kende vorig seizoen een geweldig jaar bij Feyenoord, met in totaal achttien doelpunten en negentien assists. Het Franse Olympique Marseille maakte daarom afgelopen zomer dertig miljoen euro over naar Rotterdam. De Braziliaan kwam echter geblesseerd binnen en miste de eerste wedstrijden. Na een aantal wisselvallige optredens liet hij zich voor het eerst echt zien tegen zijn favoriete tegenstander: Ajax. In die wedstrijd was hij goed voor twee doelpunten en een assist. Die lijn heeft hij doorgetrokken, want een paar dagen later scoorde hij ook zijn eerste doelpunt in de Franse competitie. Inmiddels is hij een vaste basisspeler. Na een stroeve start lijkt hij zijn hoge transfersom nu waar te maken.

4. Dávid Hancko
Lange tijd leek Hancko naar Al-Nasr te verkassen. Alles leek in kannen en kruiken, maar bij aankomst in Saoedi-Arabië liet de club weten dat de transfer toch niet doorging. Lang hoefde de Slowaak echter niet te treuren, want een paar dagen later kwam zijn gewenste transfer alsnog rond. Atlético Madrid betaalde 26 miljoen euro aan Feyenoord. In Madrid speelt Hancko zowel als centrale verdediger als linksback. Hij is een vaste waarde en speelt de laatste weken elke minuut mee. In zijn eerste maand bij de club werd Hancko direct verkozen tot Speler van de Maand. De verdediger gaat in Spanje door waar hij bij Feyenoord was gebleven.
5. Noa Lang
Na twee kampioenschappen met PSV was het voor Noa Lang tijd om zijn geluk opnieuw in het buitenland te beproeven. De kampioen van Italië legde afgelopen zomer 25 miljoen euro op tafel om hem over te nemen. Tot dusver is het echter geen gelukkig huwelijk gebleken. Lang stond nog geen enkele keer in de basis en kwam in totaal tot slechts 78 speelminuten. Afgelopen weekend dacht hij zijn eerste treffer te maken, maar zijn gelijkmaker in blessuretijd werd afgekeurd. Vanavond spelen de Napolitanen tegen PSV. Wie weet kan Lang in Eindhoven zijn goede gevoel van de afgelopen jaren weer terugvinden.


