De scherpe regels van Financial Fair Play beperken Vitesse al jaren in het doen van grote uitgaven. Over de boekjaren 2011-2012 en 2012-2013 leed de club nog een netto verlies van in totaal 43 miljoen euro. Daarmee bleven de Arnhemmer slechts twee miljoen binnen de maximale grens van de UEFA. Het waren de jaren uit het tijdperk Merab Jordania en zijn rechterhand Erwin Kasakowski.
De Europese bond eist echter volgens haar Fair Play-regels dat Vitesse de komende drie seizoenen maximaal nog 30 miljoen euro verlies maakt. Vorig seizoen was dat verlies geslonken tot ruim 4 miljoen euro. Een daling die vooral veroorzaakt werd door de verkoop van de spelers Wilfried Bony (Swansea) en Marco van Ginkel (Chelsea), maar ook door het terugdringen van spelerssalarissen en het vertrek van dure spelers zoals Reis.
Deze winter was het doorverkoopprercentage uit de transfer van Wilfried Bony naar Manchester City een meevaller. Maar nog moet Vitesse spelers verkopen om binnen de limieten van de UEFA te blijven. De mogelijkheden daarvoor zijn ineens legio. Davy Pröpper wordt gevolgd door Hertha BSC, Marko Vejinovic door Vilarreal en Jan-Arie van der Heijden door VfB Stuttgart.
De uittocht in Arnhem lijkt begonnen.