Is het de kou, de lange reis of speelt er iets anders? Feit is dat Nederlandse clubs buitengewoon moeilijk tot scoren komen op Russische bodem. De laatste Nederlandse treffer in een Europese wedstrijd in Rusland dateert van ruim twaalf uur (!) speeltijd geleden.
722 minuten geleden mochten naar Rusland gereisde supporters voor het laatst een Nederlands doelpunt vieren. Het bleek een vloek waar ook PSV donderdagavond niet aan kon ontkomen.
Jeffrey Bruma klonk nog zo overtuigd, toen hij een week geleden de verzamelde media te woord stond. Hij had net met 1-0 van Zenit verloren, maar weigerde de handdoek in de ring te gooien. "Geloof me maar, wij gaan daar scoren", zei hij stellig.
Het liep dus anders. PSV had weliswaar meer balbezit dan de gastheren (59 procent) en speelde de bal veel vaker naar een ploeggenoot (366 om 239), maar kon dat overwicht niet omzetten in een doelpunt. Zelfs vanaf elf meter wilde het niet lukken. Luuk de Jong zag zijn strafschop gekeerd worden.
Het scorebord gaf op dat moment al een 2-0 voorsprong van Zenit aan. Salomón Rondón opende de score na een half uur, waarna Hulk met een kiezelharde pegel de Russische voorsprong vlak na rust verdubbelde. Halverwege de tweede helft mocht Rondón nogmaals afwerken, omdat Jeroen Zoet een vrije trap van Hulk niet kon verwerken.
Kampioen
Nu PSV is uitgeschakeld in de Europa League en de KNVB beker blijft de Eredivisie over als de enige nog te winnen prijs. Die trofee zal de formatie van Phillip Cocu niet meer ontgaan. Met nog tien speelronden te gaan verdedigt PSV een voorsprong van veertien punten ten opzichte van naaste belager Ajax. Met een beetje geluk kan de koploper de schaal nog in de winterjas ophalen.
