Hongarije deed er negentig minuten lang alles aan om de volgende ronde te bereiken, maar maakte daar eigenlijk geen moment aanspraak op. Kansen creëerden de Oost-Europeanen nauwelijks en als zij een keer in de buurt van het Belgische doel kwamen, dan hield keeper Thibaut Courtois zich moeiteloos staande. Hongarije had het aan de Rode Duivels te danken dat het bij rust slechts 0-1 stond, zij misten namelijk veel te veel kansen.
En dat is, naast het te hoge aantal gele kaarten, de belangrijkste kritiek die de ploeg van Marc Wilmots zal krijgen. Toby Alderweireld kopte een voorzet van Kevin De Bruyne al vroeg binnen, maar de Belgen verzuimden die voorsprong vervolgens uit te breiden. Romelu Lukaku was niet in goede doen en vertraagde vele aanvallen, terwijl ook Dries Mertens niet goed in de wedstrijd zat. Beide aanvallers zouden in de tweede helft gewisseld worden. Wie wél een voldoende scoorde, was Hazard. De captain nam zijn team na de rust bij de hand en dirigeerde België naar de volgende ronde.
Een kwartier voor tijd werd Mitchy Batshuayi in de ploeg gebracht en bij één van zijn eerste balcontacten wist hij het net te vinden, na een prachtige actie en dito assist van Hazard. De ster van Chelsea liet zich anderhalve minuut later opnieuw gelden en dit keer was hij zelf de afmaker: 0-3. Hongarije kwam in het stuk nauwelijks voor en hoopte op een geslaagde counter of een toevalstreffer uit een dood spelmoment. Alleen Ádám Pintér maakte het Courtois één keer lastig en Ádám Szalai had de Hongaarse eer nog kunnen redden in de slotfase. Dat gebeurde niet en aan de andere kant sloeg België nog één keer toe. De ingevallen Yannick Ferreira Carrasco werd de diepte in gestuurd en liet de veertigjarige doelman Gábor Kiraly voor de vierde maal vissen.
