De spits: volgens de een een instinct, volgens de ander een aangeboren afwijking. Zelfverzekerd. Vaak intelligent. Altijd een tikje eigenwijs. Egoïstisch. Spits zijn is gretig zijn én geduldig. Urenlang naar een dobber loeren, maar de hengel niet bij iedere beweging willen ophalen.
Sam Lammers is een spits. Sinds kort. Of altijd al geweest. Daarover zijn de meningen verdeeld. De feiten: van de vijftien jaar dat hij inmiddels tegen een bal trapt speelde hij er twaalf vanuit de punt van de aanval. Toen PSV hem als C-junior wegplukte bij Willem II zag de club hem vooral als middenvelder. Eerst aanvallend, later zelfs verdedigend.
In de B-jeugd had Lammers het lastig in een buitengewoon talentvolle lichting. Hij speelde niet altijd. Toenmalig hoofd jeugdopleiding Art Langeler zei later in dit blad dat hij zich gesprekken herinnerde over Lammers. Hij had onmiskenbaar talent, was vaardig aan de bal, fysiek ruimschoots in orde, maar het kwam er niet uit. Zijn trainers wisten niet wat ze met hem aanmoesten. Lammers dreigde af te haken. Maar toen kreeg hij een kans in de spits. Lammers maakte het ene na het andere doelpunt en ontpopte zich als spits tot een van Nederlands grootste talenten. Zijn talent ontbolsterde.
Afgelopen seizoen deed Lammers het goed in de favoriete peilingen van de spits: de topscorerslijst. Zijn verkiezingsprogramma mocht er dan ook wezen: zeventien doelpunten in 31 wedstrijden voor Jong PSV, twee in vijf duels voor het eerste elftal.
MEKKA
De Herdgang is het mekka voor spitsen wier talent nog finetuning behoeft. Met Ruud van Nistelrooij en Luc Nilis beschikt PSV over spitsentrainers die de fijne kneepjes van het spitsenvak verstaan. Specialisten. Hun taak: spitsen beter maken. En dat is wat anders dan spitsen maken.
Sam, de eerste stelling: Spitsen worden geboren als spits.
"Ik denk dat niet zomaar iedereen in de spits zou kunnen spelen. Daar moet je wel een bepaald gevoel voor hebben. Egoïstisch zijn, eager om te scoren. Je kunt het wel trainen, maar je móét iets daarvan in je hebben."
Ben jij egoïstisch?
"Ik heb het in me zitten, maar ik kan misschien nog iets meer voor eigen succes gaan. Het seizoen voorafgaand aan het afgelopen seizoen heb ik weinig gescoord. Was ik vooral bezig met kansen voor anderen creëren. Soms iets te veel balletjes breed leggen."
En als persoonlijkheid? Zou je jezelf als egoïstisch beschrijven?
"Nee, niet echt."
Hoe beschrijf je jezelf dan?
"Sociaal. Ik hou van gezelligheid. Niet egoïstisch."
Een spits kan dus ook sociaal zijn?
"Ja. Naast het veld wel."
We vuren de stellingen nu sneller op je af. Stelling: De spitspositie is mijn natuurlijke positie.
Resoluut: "Ja. In mijn drie jaar als middenvelder heb ik veel geleerd, dat neem ik mee, maar uiteindelijk heb ik altijd gedacht dat de spitspositie mijn positie is."
Dus je was het oneens met de trainers die je op het middenveld gebruikten?
"Ik heb een aardige techniek, dus ze vonden dat ik daar ook uit de voeten kan. Ik was het er wel mee eens dat ik op het middenveld veel kon leren. Mezelf ontwikkelen. Zeker achteraf ben ik daar blij mee."
Stelling: Ik ben een geboren doelpuntenmaker.
"Ik ben geen spits die alleen maar voor de goal hangt. Balletjes afwachten. Dus je zou kunnen zeggen dat ik geen geboren doelpuntenmaker ben. Maar ik ben de laatste tijd aan het leren om echt voor de doelpunten te gaan en niet voor het mooie voetbal. Daar neigt het nog weleens naar bij mij."
Stelling: Doelpunten maken moet een gevolg zijn van mijn spel. Niet het doel.
"Zo heb ik er wel altijd over gedacht. Totdat ik in de Jupiler League kwam te spelen en erachter kwam dat het niet vanzelfsprekend is dat je vier, vijf kansen per wedstrijd krijgt. Dat is een van de dingen die ik daar heb geleerd."
Die laatste stelling is een uitspraak van je spitsentrainer, Ruud van Nistelrooij, uit 2006. Hij kwam tot die uitspraak toen Marco van Basten in aanloop naar het WK in Duitsland van hem verlangde dat hij als spits meer deelnam aan het spel.
"Bij mij is dat nu misschien wel andersom, ja. Toch is Van Nistelrooij de aangewezen persoon om mij iets te leren. Misschien ook omdat hij weet hoe je een doelpuntenmaker moet zijn én hoe je een voetballende spits moet zijn. Ik ben altijd fan van hem geweest. Heb veel beelden van hem bekeken. Nu kijken we samen naar mijn beelden om ervan te leren."
Wat zegt hij dan zoal?
"Ik wil me nog weleens te ver laten terugzakken naar het middenveld. Ruud benadrukt dan dat het belangrijk is dat ik voor de goal ben als de bal vanaf de zijkant komt. Looplijnen, dat soort dingen. De manier waarop hij denkt dat ik meer ga scoren. Ik was juist te veel met voetballen bezig. Dat is ook weer niet goed."
Praat je weleens met hem over de eagerness waarover je het zojuist had?
"Ja, ik herinner me nog een gesprek, ergens in het midden van vorig seizoen. Toen had ik één of twee doelpunten gemaakt in een wedstrijd of dertien, veertien. Toen hebben we nieuwe doelen gesteld voor de rest van het seizoen. Een nieuw doelpuntenaantal vastgesteld. Daar hoort ook een bepaalde speelstijl bij. Vanaf dat moment besefte ik dat mijn speelstijl moest veranderen als ik zoveel doelpunten wilde maken."
Denk je daar op het veld weleens aan?
"Absoluut. Als er een bal naar de zijkant gaat ben ik voor de goal te vinden. Al moet ik zeggen dat dat de laatste tijd al meer in mijn systeem zit. En ik ben ook veel met Luc Nilis aan de slag gegaan. Ik ben heel blij dat hij hier rondloopt. Vooral het eerste jaar dat ik in de A speelde is hij dagelijks met mij bezig geweest. Hij is echt van de details. Hoe je een bal op doel schiet. Bij wijze van spreken na ieder schot dat ik loste op de training kwam hij naar me toe om te vertellen dat ik 'm beter net iets anders had kunnen raken. Echte details. Heel leerzaam."
Stelling: Ik denk soms nog te veel als middenvelder.
Met lichte aarzeling: "Uhh... nee. Tegenwoordig niet meer."
Dit was een uitspraak van je oude trainer Pascal Jansen afgelopen seizoen. Hij vindt dat je soms nog te veel als middenvelder denkt.
"Hmm, oké. Het zit er natuurlijk nog wel een beetje in. Maar ik probeer nu echt als spits te denken. Daar ben ik de afgelopen tijd flink mee bezig geweest en daar zal ik de komende tijd ook nog wel even mee bezig zijn."
Stelling: Ik heb altijd geloofd dat ik het zou redden als profvoetballer.
Resoluut: "Ja. Ik heb altijd vertrouwen gehad in mijn eigen kwaliteiten. En dat zal ik ook altijd hebben. Maar ik heb wel gehoord dat andere mensen daaraan getwijfeld hebben."
Ze hebben je onderschat?
"Ik heb me de laatste tijd gewoon goed ontwikkeld. Dus zo bezien begrijp ik dat mensen eraan twijfelden. Maar zelf zal ik dat nooit doen."