Elke maand zorgt de publicatie van een nieuwe FIFA-ranking voor hoongelach en dat is deze maand verre van anders. We kunnen de critici geen ongelijk geven. In de nieuwste lijst hebben Zwitserland en Polen respectievelijk de vierde en vijfde plaats in beslag genomen en het tweetal landen staat daarmee boven de meest recente EK-winnaar (Portugal) en Copa America-winnaar (Chili). En dat is raar, omdat de lijst op basis van de afgelopen vier jaar gepubliceerd is. De meest memorabele prestatie van Polen sinds 2013 is een kwartfinale op het Europees kampioenschap, terwijl Zwitserland zowel op het WK 2014 als op het EK 2016 niet verder dan de tweede ronde kwam. Hoe een land als Frankrijk (kwartfinale WK, finalist EK) meer dan 150 punten achterloopt op deze landen in de ranking, is op zijn zachtst gezegd apart te noemen.
Hoe zit het?
Gek genoeg zit erlogica achter de FIFA-ranking. Net als bij een gewone wedstrijd, levert winst drie punten op, een gelijkspel één punt en een nederlaag nul punten. Dit wordt vervolgens door een doos met vermenigvuldigers gedaan. Het belang van de wedstrijd speelt mee, de sterkte van de confederatie waar het land toe behoort (gebaseerd op de laatste eindtoernooien) heeft een rol en tegen sterke tegenstanders zijn meer punten te behalen dan tegen zwakkere. Op die manier worden gedurende vier jaar alle wedstrijden bijgehouden. De meest recente zijn het belangrijkste en tellen voor 100% mee. Resultaten uit 2016 zijn de helft waard, resultaten uit 2015 30% en resultaten uit 2014 20%.
Op die manier is het dus mogelijk dat Nederland ondanks een heel succesvol WK 2014 zo diep gezakt is. Het superjaar leverde Oranje liefst 963,61 punten op. Echter: die zijn tegenwoordig nog maar een vijfde van hun totaal waard. De 192,72 punten die 2014 nu nog oplevert, zijn in verhouding bijna nutteloos geworden. Het voordeel op omringende landen als Tunesië, Kameroen en Turkije is vaak niet meer dan 150 punten.
Gebreken
Gezien het feit dat de lijst op de afgelopen vier jaar gebaseerd is, is het opmerkelijk dat Oranje zo laag staat. Echter, door het mislopen van EK-kwalificatie en het onvermogen enigszins hoog geklasseerde landen op de lijst te verslaan is er nog wel iets voor te zeggen. Dat Duitsland de koppositie niet in handen heeft, is echter simpelweg belachelijk.
Het land won in de laatste vier jaar het WK 2014, bereikte op het EK de halve finale, was recent de beste op de Confederations Cup en staat zonder een punt te verspelen eerste in de kwalificatiegroep voor het WK in Rusland. Er zijn letterlijk nul redenen aan te voeren waarom Duitsland op dit moment niet het mondiale voetbal domineert. Ondertussen reikte Brazilië - de huidige nummer 1 - op het WK 'slechts' de halve finale, werd op de Copa America van 2015 de kwartfinale bereikt en was op de Copa America Centario van 2016 de groepsfase het eindstation. Ze staan wegens één verdienste bovenaan: het land presteert in de lastige Zuid-Amerikaanse kwalificatiepoule voor het WK op dit moment buitengewoon goed. Een zege in kwalificatiewedstrijden tegen Argentinië en Colombia levert namelijk meer punten op dan een overwinning op Noord-Ierland; de moeilijkste tegenstander in Duitslands poule. Kortom: voor Duitsland is het bijna onmogelijk om tegen de supervorm van Brazilië in de kwalificatie op te boksen.
De machtswisseling aan de top, de rare posities van Polen en Zwitserland en een land als Peru in de top-20; de FIFA-wereldranglijst laat zich op dit moment zien als een systeem met veel gebreken. De prestaties van landen zijn ondergeschikt aan de rekensommetjes van een in Zürich bedacht systeem. Nederland mag dan misschien wel 36ste op de ranking staan, nog steeds is het niet het grootste lachertje van het internationale voetbal. Dat zijn de calculaties die Nederland op die plek hebben gezet.