Na de ontmoeting van 4 augustus 2010 tegen PAOK Saloniki welden er tranen op. Bij Jan Vertonghen, bijvoorbeeld. De centrale verdediger wist hoe belangrijk dit resultaat was voor Ajax. En wat een heksenketel was het in die negentig minuten ervoor geweest in Thessaloniki. Een heksenketel waarin Suarez zich, zoals we hem nu kennen, prima thuis voelt.
De Uruguayaan nam twee treffers voor zijn rekening in het tweeluik met PAOK: één in de heenwedstrijd en één in de return. Hij zette bij de 3-3 in Griekenland ook een assist op zijn naam. Door Siem de Jong bij te staan kon die de 1-2 op het scorebord zetten tegen PAOK. Toen Rasmus Lindgren er even later 1-3 van maakte, leek de buit binnen, maar werd het in de slotfase toch nog spannend.
We'll meet again, @PAOK_FC...
— AFC Ajax (@AFCAjax) 22 juli 2019
?? Toumba Stadium -> August 6/7
?? @CruijffArenA -> August 13#UCLdraw #ajapao pic.twitter.com/HnmuI3rQHG
Luis Suarez zal goede herinneringen hebben aan zijn ontmoetingen met PAOK Saloniki. Ze staan aan de basis van zijn internationale carrière. In 2007 vond hij tegen Slavia Praag voor het eerst het net in de voorrondes van de Champions League, maar daarna volgde gelijk uitschakeling, omdat er in Tsjechië met 2-1 verloren werd. Na het tweeluik trof Suarez de Grieken nooit meer.
De teller van Suarez in de Champions League staat inmiddels op 25 treffers. Hij maakte ze voor Ajax, Liverpool en Barcelona. Hij had er 61 ontmoetingen voor nodig. Bij Ajax maakte hij een goed begin met elf duels en vijf daarin vijf doelpunten. Ook hij zal hopen dat de Amsterdammers zijn goede herinneringen aan die tijd zullen voortzetten, te beginnen met het komende tweeluik met PAOK.