Althans, niet met al die extra televisiestations die naar Nederland waren afgereisd. Want Feyenoorder Shinji Ono kon als eerste Japanner de UEFA Cupfinale bereiken. In het land van de rijzende zon konden de mensen al dagenlang geen hap rijst meer door hun keel krijgen, maar ieder geschreven lettertje over de Japanse middenvelder werd gevreten als ware het verse sushi. Om een lang verhaal kort te maken: er was te weinig ruimte op de perstribune en Marina Witte probeerde een aantal journalisten te verleiden om de halve finale vanuit een plastic tuinstoel op het veld en schuin achter het doel te bekijken. Ik hapte gulzig toe.
En zo zat ik op een wereldplek naar een schitterende wedstrijd te kijken. Af en toe moest ik volgezeken bekers pis, die van de tribunes werden gesmeten, ontwijken, maar dat had ik er die avond graag voor over. Ik kon spelers als Ronaldo, Zanetti, Di Biagio, Toldo en Materazzi bijkans aanraken, zo dicht zat ik op het veld. Het was een unieke avond die voor mij al in de eerste helft een absoluut hoogtepunt kende, toen Pierre van Hooijdonk koel de 1-0 in de touwen kopte. Maar het was vooral de actie die aan de goal vooraf ging, die mij het meest kon bekoren. Robin van Persie, een tiener nog en spelend als linksbuiten, slingerde er vanaf de zijlijn een paar schitterende schijnbewegingen uit, gleed lichtvoetig langs Ferraro en Materazzi en legde de bal met zijn magische linkerbeen panklaar op het hoofd van Big Pete. (Voor alle liefhebbers van pubquizzen: Robin speelde met rugnummer 32). Niet lang daarna gaf Van Persie de hele wereld te verstaan het liefst nooit meer als linksbuiten te willen spelen.
Maar goed, we moeten niet gek opkijken als de Denen om zes uur massaal de verdedigende stellingen zullen innemen, om de loopgraven pas rond tien voor acht te verlaten. Zoals Chelsea tegen Barcelona deed, en Zweden in Solna tegen Oranje. Voorin, nou ja, ergens rond de middenlijn, zal Dennis Rommedahl loeren op de counter. Michael Krohn-Dehli en Nicklas Bendtner hebben een appartement gehuurd op de kop van de zestien. En dus zou het voor Robin in de spits wel eens een heel lastig avondje kunnen gaan worden. Te lastig zelfs. Nu wil het toeval dat Bert van Marwijk er op 11 april 2002 ook bij was. Dus als het niet loopt Bert, dan weet je wat je moet doen. Robin naar links en Huntelaar in de spits. Wie er op rechts moet staan, zoek je zelf maar uit. Maar ik kan me nog wel een actie van Afellay in een Clássico herinneren waarmee hij op rechts de achterlijn haalde en Messi liet scoren. Dankzij die treffer haalde Barça de finale en won het een paar weken later de Champions League.