Paul, wat voor club is SV Hoofddorp?
“Ik vind het een hele grote en een hele warme club. De vereniging heeft veel elftallen en de kleedkamers en kantine zijn mooi. Tegelijkertijd was het er altijd heel gezellig. Na een wedstrijd bleven we vaak hangen op de club. Zelf voetballen of een beetje lol hebben in de kantine. Ik heb mij er erg thuis gevoeld.”
Jij ging pas als zeventienjarige naar de jeugdopleiding van een profteam. Waarom zo laat?
“Geen idee. Ik was vaak een van de besten van het team. Ik was groot, groter dan mijn teamgenoten in ieder geval, en kon hard schieten. In de F’jes heb ik 102 doelpunten in een seizoen gemaakt. In dat jaar schoot ik ze allemaal erin, dat was niet normaal. Het toppunt was veertien keer scoren in één wedstrijd. In de jaren daarna ben ik ook altijd de topscorer geweest. Maar het leidde niet tot concrete interesse van profclubs."
Heb je altijd hoop gehouden op profvoetbal?
“Ja, ik wilde dat proberen te halen. Wij speelden op een niveau dat dicht tegen de profteams aanzat. We moesten tegen Haarlem, of het tweede van Ajax. Ik heb veel te danken aan een soort van persoonlijke trainer, Ko Alewijn. Toen ik dertien jaar was, kreeg ik drie keer per week individuele training van hem. Vooral conditioneel werk. Daardoor maakte ik grote stappen en ging ik er bovenuit steken. Na mijn tijd in de B1 mocht ik stagelopen bij Ajax. Daar werd ik afgewezen, maar FC Volendam, FC Groningen en Sparta wilden mij wel graag hebben. Ik koos voor Sparta.”
Waarom stak Ko Alewijn zoveel tijd in jou?
“Ik denk dat hij het leuk vond om met mij ergens naartoe te werken. Mijn ouders kenden hem goed en hij was vaak op de club aan het kijken naar amateurwedstrijden. Hij was heel begaan. Ik herinner mij een koude winterdag met regen. Ik kwam met een lulverhaal dat ik toetsen had op school en ik moest leren. Hij had mij gelijk door. ‘Anders stoppen we er wel helemaal mee, zo heeft het geen zin’, zei hij. En dus stapte ik in de regen op de fiets naar hem. Ik durf best te zeggen dat ik zonder hem het profvoetbal niet had gehaald.”
Heb je nog contact met ploeggenoten uit die tijd?
“Niet echt. Iedereen is zijn eigen weg gegaan en speelt nu bij andere clubs. Het is een beetje verwaterd door de jaren heen.”
Nog wel met Ko Alewijn?
“Ja. Hij probeert elk jaar een keer bij een wedstrijd van mij te komen kijken. Zo is hij vorig jaar naar Groningen gekomen. Ik zeg altijd dat ik door hem heb bereikt wat ik heb bereikt. Hij is het daar dan niet mee eens en zegt dat ik het zelf heb gedaan. Dat is natuurlijk wel zo, maar zonder hem was het gelukt.”
De amateurtijd van… Paul Gladon:
Club: SV Hoofddorp
Locatie: Hoofddorp
Hoeveel jaar bij de club: 11
Favoriete jeugdtrainer: Vincent Haakmat. “Mijn trainer in de B1. Ik kon goed opschieten met hem. Hij gaf mij vertrouwen en het was een goede trainer.”
Favoriete ploeggenoot: “Niet per se één iemand. Ik kon het met iedereen goed vinden.”