(Foto: De Sparta-spelers maken een ereronde door De Kuip, Bron: Eric Koch, Nationaal Archief)
De KNVB Beker start deze week met een uitgeklede eerste ronde, waarin alleen de profclubs in actie komen. De duels met de amateurploegen volgen hopelijk begin december. Woensdagavond ontvangt ADO Den Haag in het Cars Jeans Stadion Sparta Rotterdam. Dat is een herhaling van de bekerfinale van 1966, behalve voor puristen en juristen die ADO Den Haag niet dezelfde club vinden als het ADO van voor de fusie met Holland Sport in 1971.
Bij de eindstrijd op 25 mei 1966 in De Kuip zaten, ondanks het slechte weer, zo’n 25 duizend liefhebbers, vooral uit Den Haag, want ADO was de favoriet. De Hagenaars veroverden door een sterke eindsprint de derde plaats in de Eredivisie, terwijl Sparta de competitie afsloot met één punt uit vijf wedstrijden.
In finales spelen waren de Rotterdammers beter. Zij hadden de beker gewonnen in 1958 en in 1962, terwijl ADO in de voorafgaande zes jaar drie keer onderuitging in de eindstrijd. De Hagenaars, met Ernst Happel als trainer, kenden dit keer een gedegen voorbereiding. De selectie ging drie dagen in trainingskamp op het KNVB-sportcentrum in Zeist, terwijl de spelers van Sparta pas op de ochtend van de finale in de bossen van Oosterhout bij elkaar kwamen. Happel moest wel twee basisspelers missen. Piet van Miert had een examen bij de Haagse Academie voor Lichamelijke Opleiding, terwijl Henk Houwaart diezelfde avond met het Militaire Elftal tegen Turkije aantrad.
Bij Sparta heerste paniek na het slechte slot van de competitie. Het bestuur zette trainer Bill Thompson kort voor de finale op non-actief, waarna hulptrainer Daan Westhoven en teamleider Hans Sonneveld de leiding overnamen. Hun aanpassingen in de opstelling en de tactiek pakten goed uit. ADO kon het sterke niveau van de weken daarvoor niet halen. Voor rust speelden de Hagenaars wel op de helft van de tegenstander, maar zij misten de kansen of zagen doelman Pim Doesburg redden.
In de tweede helft verliet Sparta haar defensieve stellingen. De Rotterdammers grepen het initiatief via een uitstekende Jan Bouman op het middenveld. Bekertopscorer Ole Madsen miste eerst twee kansen om na een uur spelen keeper Ton Thie te verrassen met een schot in de korte hoek: 1-0! In de stromende regen kwam ADO de klap niet te boven. Zelfs de verschijning van Aad Mansveld in de spits bracht Sparta niet in de problemen.
De underdog won en daar had de club niet op gerekend. In de kleedkamer stond slechts een kratje limonade klaar. Dan had ADO zich beter voorbereid. Het bestuur had de champagne al koud staan. Heel genereus brachten ze de flessen naar de winnaars. Daar hield het niet mee op. Na het laatste fluitsignaal stonden elf pupillen in ADO-kleding klaar om de zegevierende Sparta-spelers een bosje bloemen in de handen te drukken. Was het overmoed of een aanzet van de nette Haagse club om de bekerfinale wat meer sportief decorum te bezorgen? Waarschijnlijk dat laatste.