De wisselingen in systeem en personeel waren talrijk. Vorige week begreep niemand waarom Kasper Dolberg en Klaas-Jan Huntelaar samen in de spits werden geposteerd terwijl er een linkspoot op rechts liep en een rechtspoot op links. De twee kregen zo amper een bal en tegenstander Vitesse hield zijn voorsprong betrekkelijk eenvoudig vast. In Friesland ging het anders. David Neres mocht nog eens een wedstrijd starten, terwijl Huntelaar de punt van de aanval bezette met Amin Younes op links.
Het werkte. Hoewel de Duitse linksbuiten zoals het hem betaamt een wisselvallige wedstrijd speelde en er ook bij Neres nog wel het nodige verkeerd liep, leek er sprake van een wisselwerking tussen Huntelaar en Neres. De spits was tegenstander Daniel Hoegh vaak te slim af, waarvan de bijsluitende Braziliaan al in de eerste helft twee keer dankbaar kon profiteren. Het is niet eens alsof Neres een geweldige eerste helft speelde: veel van wat hij deed mislukte. Huntelaar kreeg amper een bruikbare bal, toch kon hij twee keer een belangrijke rol spelen.
Na de rust was het verzet van de gastheren in de Abe Lentra Stadion een stuk minder. Een strafschop van Lasse Schöne en een zeer fortuinlijke klutsgoal van Maximilian Wöber, die ook alleen maar speelde omdat Mitchell Dijks ziek thuis moest blijven, leverde een eclatante overwinning op. Het was een middag waarop alles gunstig viel voor Keizer, al is er wel degelijk hoop dat sommige zaken structureel zouden kunnen werken.
We hoeven niet te doen alsof het lek bij Ajax nu plotsklaps boven is. De ploeg van Jurgen Streppel was in de eerste helft zonder enige twijfel de bovenliggende partij qua veldspel en trof tweemaal de paal. Wat Ajax aan de overkant aanvallend op de mat legde had weinig te maken met klassiek Ajaxvoetbal, maar effectief was het wel. In tijden als deze, waarin het voor Keizer allemaal al lastig genoeg is, lijkt het voor de hand te liggen dat hij hier voorlopig aan vasthoudt. Na een opwarmertje tegen Sparta Rotterdam staat over drie weken tenslotte de afspraak in De Kuip op de rol.
Als dat zo gebeurt is Kasper Dolberg het kind van de rekening. Vorig jaar kon de jonge Deen geen kwaad doen. Hij scoorde het ene na het andere doelpunt. Toch lijkt hij nu voorlopig even pas op de plaats te moeten maken, een situatie die vele jonge spitsen wel eens mee te maken. Huntelaar zelf werd bijvoorbeeld een paar weken op de bank gezet door Henk ten Cate. Het kanon uit Drenthe kwam getergd terug. Het seizoen erop werd hij topscorer van de Eredivisie, om uiteindelijk een transfer naar Real Madrid te verdienen.
Keizer kan na deze uitbeurt in Friesland nog niet zeggen dat zijn manschappen weer allemaal in topvorm zijn: de individuele prestaties waren eigenlijk nog niet terug op niveau. Toch functioneerde de tandem Huntelaar – Neres op de cruciale momenten, en het zal voor de coach uit Purmerend momenteel al een hele opluchting zijn dat er iets werkt. Dat, en de aanstaande interlandperiode, zal de enorme druk op zijn schouders toch wat verlichten. Het zal zo makkelijker werken zijn. Want gewerkt moet er zeker nog worden.