In Voetbal International werd Jeroen Zoet afgelopen week gevraagd of zich kon vinden in zijn rol als tweede doelman bij Oranje. Zijn antwoord was resoluut. "Absoluut niet zelfs. Maar ik kan er niets meer aan veranderen, dus heeft het niet veel zin daar lang bij stil te blijven staan. Ik kan mezelf zeker de laatste maanden niets verwijten, omdat ik bij mijn club top presteer. Als dat niet zo is, zou ik ook niet zulke uitspraken doen. Het is een keuze geweest van de bondscoaches, daar moet ik mee omgaan." Weinig zullen zijn uitspraken uitmaken. Afgelopen vrijdag liet Advocaat weten komende week weer voor Cillessen te kiezen. “Ik vind hem gewoon beter”, luidde zijn reden.
Achter Cillessen en Zoet (in de strijd om wie de derde doelman mag zijn) is een vergelijkbare strijd bezig. Voor de interlands tegen Ivoorkust en Luxemburg begin juli deed Advocaat een beroep op Sergio Padt, een keeper die FC Groningen in de basis staat en dat veelal niet onaardig doet. Tot een debuut kwam het niet voor de Amsterdammer (hij was bovendien derde keeper), maar hij kon het als een signaal zien voor de toekomst. Van de keepers die spelen bij hun club, staat hij op pole-position voor een oproep.
Echter: de keepers die bij hun club de bank warmhouden, worden door Advocaat veel hoger ingeschat. Vorm, Maarten Stekelenburg, Kenneth Vermeer en misschien ook Tim Krul zijn doelmannen die zich door de jaren uitstekend hebben gemanifesteerd in een Oranje-shirt. Veilige keuzes dus. Ook staan zij bij respectabele clubs onder contract en zou je het argument kunnen geven dat voor doelmannen wedstrijdritme minder belangrijk is. De afgelopen interlands was Cillessen misschien wel de beste speler bij het Nederlands elftal, terwijl zijn speelminuten bij FC Barcelona zo goed als nihil zijn.
Twee problemen
Het brengt echter twee problemen met zich mee. De eerste is de boodschap die een bondscoach ermee geeft. De rol van derde keeper is misschien wel de minst belangrijke in de selectie, alle 22 overige spelers hebben in principe meer kans op speelminuten dan de sluitpost die twee andere sluitposten voor zich moet dulden. Als men bij zulke posities al niet naar speeltijd gaat kijken, hoe verkoop je dan dat je dat bij een speler met de status van Wesley Sneijder wel doet? Het zorgt voor scheve verhoudingen en het is een motie van wantrouwen naar de jongere generatie. Vorm is 34 en Stekelenburg 35. Men kan niet eens met zekerheid zeggen dat zij in 2020 en 2022 nog voetballen.
Het tweede probleem is de willekeurigheid die een keuze voor een bankzitter met zich meebrengt. Vorm, Stekelenburg, Vermeer en Krul hebben dit seizoen samen zeven wedstrijden gespeeld, waarvan nul competitiematchen. Er is dus zo goed als geen grond om een objectieve beslissing te maken. Misschien is Vorm wel beter dan zijn andere concurrenten, maar niemand die enige vorm van vergelijksmateriaal heeft. Advocaat kan net zo goed vier balletjes in een grote bingo-pot stoppen en kijken welke naam eruit komt rollen.
Overigens krijgt Vorm vandaag wel een kans wat speelminuten op te doen. Door een blessure van Hugo Lloris mag hij opdraven in het doel van Tottenham Hotspur. Aan de stoelendans van bankzitters bij Oranje, doet een schamel optreden echter weinig af.