Alcides (Matonense)
Erger uit het oog dan Alcides Eduardo Mendes de Araújo Alves gaan we ze niet vinden. De Braziliaan werd ooit door PSV gehuurd van Chelsea, in de tijd dat jonge spelers kopen om ze later te verkopen nog geen levensvatbare strategie was om op een topclub te runnen. Toch bleek Alcides niet voorbestemd voor de Londense basisequipe. Sterker nog: de Daily Mail refereert in 2008 al naar hem als een ‘vergeten voetballer’, terwijl hij toen nog bij Chelsea onder contract stond en zojuist twee jaar op huurbasis bij PSV erop had zitten. Het zou vanaf dat punt enkel obscuurder worden. Hij werd verkocht aan Dnjepr Dnjepropetrovsk (meer een leuke uitdaging voor een stotteraar om zonder haperingen uit te spreken dan een voetbalclub) en vervolgde zijn carrière in de marges van het Braziliaanse voetbal. Náutico, Ferroviária (tot driemaal toe), Atlético-PR, Criciúma EC en Matonense, stuk voor stuk hele gemoedelijke clubs die desondanks niet dagelijks de gesprekken rond uw keukentafel passeren. De selectie van Matonense telt volgens de voetbalencyclopedie van transfermarkt.de zelfs maar één speler: Alcides. Opmerkelijk feitje: tijdens zijn voetbalcarrière werd de verdediger een keer gekidnapt. Geld, wilden ze van hem zien. Echter: het lukte Alcides de ontvoerders wijs te maken dat hij geen profvoetballer was en zodoende kwam hij vrij. Zelfs onder de kidnappers blijkt Alcides een vergeten voetballer…

Serhat Koç (vv TEC)
De verwachtingen waren heel hoog gespannen, toen Serhat Koç in 2009 FC Eindhoven voor FC Groningen verruilde. Achttien goals in één Jupiler League-seizoen; dat is een uitstekende basis om een stap hogerop te proberen. Het gat van Marcus Berg bleek voor de fragiele aanvaller echter te groot. Koç mislukte in Groningen en zou zonder een doelpunt te scoren een seizoen later verhuurd worden aan SC Cambuur. De Jupiler League leek zijn lot, totdat hij via een terugkeer bij FC Eindhoven en een transfer naar Helmond Sport plots in Turkije belandde. Maar Sanliurfaspor bleek ook niet de match made in heaven waarnaar Koç op zoek was. Het niveau van dat ene jaar FC Eindhoven zou Koç niet meer aantikken en anno 2017 is hij op de Nederlandse amateurvelden te vinden. Voor het Tielse vv TEC, welteverstaan.

Celso Ortiz (Monterrey)
Tegenover de clubhopper staat een carrière zoals die van Celso Ortiz (rechts op foto, in het shirt van Paraguay). Lekker eenvoudig. Zo simpel de Paraguayaan in zijn spel is, zo weinig spannends is er over zijn carrière te vertellen. Na zijn vertrek bij AZ in 2016 trok Ortiz naar Mexico, waar hij niet uit de basis van Monterrey weg te denken is. Ballen afpakken en naar de juiste kleur spelen. Spannender gaat Ortiz het echt niet maken.

Arnaud Sutchuin-Djoum (Hearts of Midlothian)
Jarenlang was Arnaud Sutchuin-Djoum een sterkhouder voor Roda JC. Hij was een tijdje zelfs de speler die het langste onder contract stond in Kerkrade. De trouwe hond tussen een roedel weglopende bulldogs, de vogel die niet naar het Zuiden trok op het moment dat de rest wegvloog. Roda’s degradatie naar de Jupiler League maakte echter een einde aan het huwelijk. Een overstap naar Akhisar Belediyespor (een naam die opvallend vaak in deze rubriek voorkomt) bracht uitkomst, maar zo trouw als aan Roda zou Sutchuin-Djoum in zowel Turkije als Polen (waar hij een jaar later voor Lech Poznan speelde) niet worden. Bij zijn huidige club Hearts of Midlothian is hij wél goed op weg. Sutchuin-Djuim speelt al voor het derde opeenvolgende seizoen voor de Schotse subtopper. Tussendoor won hij nog met Kameroen de Afrika Cup.


