Uit statistieken van Transfermarkt.de blijkt dat Real van alle eredivisionisten tegen Ajax het vaakst speelde. De twee ploegen stonden dus twaalf keer tegenover elkaar. PSV volgt op gepaste afstand met acht gemeenschappelijke duels. Real Madrid ontmoette in totaal 27 keer een Nederlandse tegenstander. Daartoe behoren ook Vitesse, Feyenoord en FC Utrecht.
Ajax
Twee keer winnen van Real en Ajax kan de balans tegen de Spanjaarden al bijna gelijk trekken. Zeven keer stond de Nederlandse topclub met lege handen, tegenover de vier keer dat er werd gewonnen. Eén keer werd het gelijk. Real won de laatste twee keer allebei met drie doelpunten verschil en schroefde het onderlinge doelsaldo, dat nu veertien in het voordeel van Real is, flink op.
PSV
Nee, dan PSV. Dat heeft van de zeven keer tegen Real drie keer verloren. De Spanjaarden werden één keer verslagen. Er waren vier remises. PSV en Real maakten elkaar in het seizoen 1988/89 voor het laatst mee: toen in de kwartfinale van de Europa Cup 1. De heenwedstrijd werd gelijk, in de return bekerde Real door na verlenging.
Vitesse
Vitesse kwam Real Madrid in het seizoen 1992/93 tegen in een tweeluik. Toen om de achtste finales van de UEFA Cup. Beide keren verloren de Arnhemmers met één doelpunt verschil (1-0, 0-1). Gemiddeld zaten er destijds 16.500 toeschouwers op de tribune; tegen Ajax zal dat aantal vanwege de kaartverkoop hoe dan ook hoger dan vijftigduizend worden.
Feyenoord
Feyenoord speelde drie keer tegen Real en won één keer: op 8 september 1965. De laatste keer dat de twee ploegen elkaar troffen was in de Europese Super Cup, vlak nadat Feyenoord de UEFA Cup won. Het werd 3-1. Patrick Paauwe maakte na een kwartier spelen een eigen doelpunt. Daar kwamen de Rotterdammers niet meer bovenop. De huidige coach Santiago Solari, zat als speler op de bank tijdens dat duel van Real Madrid.
FC Utrecht
In de tweede ronde van de UEFA Cup moest FC Utrecht in het seizoen 1991/92 van Real Madrid zien te winnen. Dat lukte in beide ontmoetingen niet. Real was met 1-0 en 1-3 te sterk. In de eerstgenoemde wedstrijd was Gheorghe Haghi de gevierde man. Hij maakte de enige goal.