Kofi Mensah
De eerste Ghanees die ooit bij Ajax speelde was Kofi Mensah. De rechtervleugelverdediger brak door in de jaren negentig onder Louis van Gaal, won de dubbel onder Morten Olsen, maar speelde daarin amper mee. In het dramatisch verlopen seizoen 1998/99 kreeg hij wel veel kansen, maar bij de recordkampioen was men niet overtuigd. Mensah vertrok naar NAC Breda met Henk ten Cate als trainer en promoveerde met die club naar de Eredivisie. Na 3,5 jaar NAC, een jaartje ADO Den Haag, Anorthosis Famagusta en FC Omniworld, was hij op zijn 28e al voor goed clubloos. Hij stortte zich op zijn grote hobby (vissen) en is inmiddels jeugdtrainer van Almere City.
Kwame Quansah
We zijn aangekomen bij een speler waarvan waarschijnlijk weinig mensen weten dat hij bij Ajax heeft gespeeld. Kwame Quansah was een grootheid en clubheld bij Heracles Almelo, maar begon zijn profloopbaan in Amsterdam. Hij was namelijk op 17-jarige leeftijd gescout als speler van Young Kotoka FC. Hij speelde één wedstrijd in de hoofdmacht, maar speelde vooral bij de beloften. Daarmee haalde hij in 2002 de halve finale van de beker. Vervolgens werd hij verhuurd aan Germinal Beerschot en belandde hij via AIK Fotboll in 2004 bij Heracles Almelo. Hij promoveerde in zijn eerste seizoen en bleef de club uiteindelijk tien jaar trouw. Hij is de man die de meeste wedstrijden voor de Heraclieden ooit speelde,ermee de bekerfinale en haalde Europees voetbal.
Abubakari Yakubu
Door met een man die eveneens als jeugdspeler door Ajax werd opgepikt uit Ghana. Abubakari Yakubu kwam over van de Great Mariners en debuteerde in het seizoen 1999/00 bij de Amsterdammers. Hij werd rustig gebracht, maar was toen Ajax de dubbel won in 2002 een gewaardeerde kracht. In het seizoen 2002/03 pendelde hij tussen bank en basis, maar schitterde hij in de Champions League-duels. De Italiaanse media waren bijvoorbeeld lovend na zijn optreden in de kwartfinale tegen AC Milan. Maar een in het seizoen dat volgde speelde hij steeds minder en daarom vertrok hij naar Vitesse. Ook daar begon hij goed, maar door blessures eindigde hij in de anonimiteit. De voetbalwedstrijd werd opgeschrikt toen Yakubu in 2017 op 35-jarige leeftijd plotseling overleed.
Anthony Obodai
In de tijd van Yakubu speelde er met Anthony Obodai nog een Ghanees bij Ajax. De man uit de hoofdstad Accra leek niet door te breken en werd verhuurd aan Germinal Beerschot. Daar maakte hij echter een prima indruk en daarom kreeg hij in 2003 alsnog in een kans in Ajax 1. Hij werd landskampioen met Ajax, maar kwam desondanks slechts tot acht competitiewedstrijden. Een jaar later gebruikte Ronald Koeman (13 duels) hem iets vaker, maar toch mocht hij vertrekken. Dat deed Obodai. Hij speelde twee jaar bij Sparta, waarna ook RKC hem nog een kans in de Eredivisie gaf. In 2010 koos hij voor het avontuur en speelde hij onder meer op Noord-Cyprus, de Verenigde Staten en Zweden.
Stanley Aborah
De inmiddels clubloze Stanley Aborah is geboren in het Ghanese Kumasi, maar groeide voornamelijk op in België. Bij onze zuiderburen speelde hij in de jeugd van Anderlecht en AA Gent voordat Ajax hem oppikte. Daar liep hij de laatste jaren voor de jeugdopleiding rond voordat hij debuteerde in het eerste in het seizoen 2004/05. Hij kwam tot vier wedstrijden en werd het seizoen erna verhuurd aan FC Den Bosch. Een jaar later ontbond Ajax zijn contract en de aanvallende middenvelder begon vervolgens aan een trektocht door Europa, die hem door België, Slowakije, Engeland, Slovenië, Hongarije en Ierland leidde.

Samuel Kuffour
We beëindigen de lijst met de speler die waarschijnlijk de beste carrière heeft gehad van de genoemde Ghanezen. Samuel Kuffour brak in het seizoen 1994/95 door bij Bayern München en had het in de halve finale van de Champions League erg moeilijk tegen Ajacied Marc Overmars. De 18-jarige verdediger kwam net kijken en dus was het niet gek. Hij ontpopte zich uiteindelijk tot een prima verdediger, won de Champions League en zesmaal de titel van Duitsland. In zijn nadagen tekende hij bij Ajax, als opvolger van Jaap Stam. Hoewel hij in eigen land een legende was, kon hij in Amsterdam weinig klaarspelen. Sterker, in een half jaar kwam hij tot slechts twee wedstrijden en vertrok hij door de achterdeur.

