Real Madrid heeft in een bloedstollende Champions League-finale tegen Atlético Madrid aan het langste eind getrokken. De ploeg nam na honderdtwintig minuten voetbal, waarin beide teams één keer scoorden, de penalty's beter. Het was voor het eerst sinds 2012 dat het kampioenenbal vanaf de stip werd beslist. Juanfran werd in de beslissende penaltyserie de schlemiel, Cristiano Ronaldo maakte zijn heldenstatus ondanks een matige wedstrijd alsnog waar.
Al na zes minuten had Casemiro de 1-0 op zijn schoen, maar de middenvelder van Real Madrid schoot een indraaiende vrije trap van dichtbij op doelman Jan Oblak. Tien minuten later was het wel raak voor de Koninklijke. Bale kopte een vrije trap van Toni Kroos door, waarna Sergio Ramos van dichtbij kon intikken. De verdediger scoorde in 2014 ook al in de Champions League-finale. Atlético Madrid stelde er niet bijzonder veel tegenover, vooral Fernando Torres werd nauwelijks bereikt door zijn ploeggenoten. De aanvalsleider van Atlético Madrid verzond in de eerste 45 minuten geen enkele succesvolle pass.
In de tweede helft ging het opeens heel snel voor Atlético Madrid. De ploeg zette vroeg aan en werd snel beloond met een penalty. Torres werd op de achillespees getrapt door Pepe en Griezmann mocht het cadeautje uitpakken vanaf elf meter. De Fransman schoot snoeihard door het midden, maar via de onderkant van de lat stuiterde de bal het veld weer in. Real Madrid deed niets met de waarschuwing en zag Atlético Madrid gevaarlijker en gevaarlijker worden. Stefan Savi? was met het hoofd dicht bij de 1-1 en Saúl pegelde na een voorzet met een mooie volley richting doel.
De nummer drie van de Primera División nam steeds meer risico, maar het was Real Madrid dat daarvan leek te profiteren. Via Karim Benzema en Cristiano Ronaldo, die beiden niet lekker in de wedstrijd zaten, leek de 2-0 te vallen, maar tien minuten voor tijd sloeg Atlético Madrid alsnog toe. Juanfran werd gevonden op rechts en zijn voorzet werd van dichtbij op waarde geschat door invaller Yannick Ferreira-Carrasco, die als eerste Belg scoorde in een Champions League-finale: 1-1. Na de gelijkmaker kon het balletje beide kanten op vallen, maar gescoord werd er niet meer in Milaan. Hierdoor waren er, net zoals in 2014, dertig extra minuten nodig om een winnaar te bepalen tussen Real Madrid en Atlético Madrid.
Ook in de eerste helft van de verlenging was het Atlético Madrid dat aandrong, maar Real Madrid kreeg de beste kansen. Cristiano Ronaldo kopte uit een corner recht in de handen van Oblak en Bale zag een snoeihard schot gekraakt worden in de zestien. In de tweede helft viel het niveau wat tegen. Het lange seizoen werd langzaam zichtbaar, vooral bij de spelers van Real Madrid. Toen ook Atlético Madrid de knollen op had, werd het heel snel duidelijk dat penalty’s de beslissing moesten brengen in Milaan.
De eerste zeven penalty's werden geraakt door Lucas Vázquez, Griezmann, Marcelo, Gabi, Bale, Saúl en Sergio Ramos, maar bij Juanfran ging het mis. De back schoot op de paal, waardoor Cristiano Ronaldo bij een rake penalty de held van Madrid kon worden. De Portugees faalde niet vanaf elf meter en schoot Real Madrid zodoende naar de elfde Champions League-winst in de clubgeschiedenis. Atlético Madrid blijft, net als in 2014, met lege handen achter.