Voor een overwinning met vier goals verschil hoeven we 'slechts' zes jaar terug in de tijd: in 2009 veegde de club, toen getraind door Pep Guardiola, met 2-6 de vloer aan met de aartsrivaal in hun eigen huis. Voor een overwinning met een grotere marge dient te worden teruggebladerd tot 1974: geleid door dirigent Johan Cruijff won die ploeg met 0-5 in de Spaanse hoofdstad. De vernedering van dit weekend is vanzelfsprekend voer voor de Spaanse ochtendkranten.
Te beginnen met Marca. Daar wordt gesuggereerd dat een 'geruïneerd' Real Madrid 'vernietigd' is door een ontketend Barcelona, met de duistere kop dat het 'Bérnabeu om hoofden schreeuwt'. Voor het geval dit niet duidelijk genoeg is wordt hieraan toegevoegd dat het om de hoofden van voorzitter Florentino Pérez en trainer Rafael Benítez gaat. Hun collega's van AS laten aan duidelijkheid ook weinig te wensen over. Er wordt gerept dat Barça langs Real 'gedanst' is, terwijl het stadion om het vertrek van de voorzitter schreeuwde. Tevens wordt aangehaald dat Andrés Iniesta onder applaus het veld verliet, evenals Ronaldinho tien jaar geleden.
Door de overtuigende zege staat de formatie uit het noordoosten van Spanje momenteel zes punten voor op de eeuwige rivaal uit Madrid. Dat gegeven, gepaard met de terugkeer van talisman Lionel Messi, moet de club groot vertrouwen bieden op prolongatie van de landstitel.
