Met drie treffers heeft Marcelo tot nu toe een aanzienlijk aandeel in de knock-outfase van de Champions League bij Real Madrid. En da's apart voor een linkerverdediger. Real scoorde sinds het bereiken van de achtste finales tegen Paris Saint-Germain elf keer in het miljoenenbal. De andere acht goals kwamen op naam van Casemiro (één), Marcos Asensio (één) en Cristiano Ronaldo (zes).
Marcelo staat er dit seizoen op de momenten dat het echt nodig is. Die goal tegen Bayern München van woensdagavond was er weer zo eentje. Bayern dreigde Real in de eerste helft compleet te overlopen. Totdat Marcelo daar anders over dacht en zijn ploeg op slag van rust met een lage pegel het vertrouwen terug gaf.
Machtpositie
In de tweede helft zorgden Lucas Vazquez als aangever en Asensio als doelpuntenmaker ervoor dat Real met twee uitdoelpunten een machtspositie heeft voor de return van volgende week. Dan komt Bayern op bezoek in Madrid. En moeten er opnieuw wonderen gaan gebeuren.
De vorige keer dat Marcelo een goal maakte in de Champions League, dat is pas één Europees duel geleden. Staat ook nog scherp op het netvlies. Drie weken terug was hij onderdeel van de Cristiano Ronaldo-show die Real in de kwartfinale tegen Juventus al met één been in de halve eindstrijd zette. De Portugese aanvaller scoorde twee keer prachtig, waarna Marcelo het karwei in de 72ste minuut afmaakte. Die 0-3 zege in Turijn bleek genoeg om de week erna plaatsing voor de halve finale af te dwingen.
Karwei
Hetzelfde was trouwens in mindere mate aan de hand toen Real in februari van Paris Saint-Germain won in de heenwedstrijd van de achtste finales. Toen ook al was het Ronaldo die twee keer doel trof en Marcelo die het karwei afmaakte. PSG was na een half uur spelen wel al op voorsprong gekomen via Adrien Rabiot.
Karim Benzema (twee goals), Gareth Bale (één goal) en Lucas Vazquez (één goal) zijn aanvallers die dit seizoen in de Champions League minder scoorden dan Marcelo. Is dat raar? Alle drie speelden ze in ieder geval geen vaste rol in het miljardenbal. Ze hebben allemaal te maken met vormdipjes, blessures of een gebrek aan vertrouwen van de trainer. Dat Marcelo opstaat op de momenten dat het nodig is, blijkt daarmee nog maar eens een understatement.