Is it coming home?
Er is niet zo gek veel nodig om Engelsen te doen geloven dat ze wereldkampioen worden. Anno 2018 is een moeizame zege op Tunesië en een vrij eenvoudige winstpartij tegen het klunzige Panama al genoeg. Maandag hielden ze hun kansen gaaf tegen Colombia, in een wedstrijd die het aanzien niet waard was. We wilden er meer aandacht aan besteden, maar daar zijn we teveel liefhebber voor. De Engelsen lieten zich qua simulatie niet onbetuigd, maar hun Zuid-Amerikaanse opponenten deden helemaal niets dat met voetbal te maken had. Ze gingen schoppend, duikelend en schuimbekkend naar huis. Op deze manier kan niemand er rouwig om zijn.
Kanaries uit zeer sterk houd gesneden
Als het waar is dat goede voorhoedes wedstrijden winnen en goede achterhoedes bekers winnen, mogen de Brazilianen zich in hun handen wrijven. Het is niet de aanval, met het tenenkrommende toneelspel van Neymar als dieptepunt, die de ploeg haar kracht geeft. Achterin daarentegen staat het als een huis. Ook toen tegen Mexico twee van de gebruikelijke verdedigers ontbraken, kwamen ze maar amper in gevaar. Na vier wedstrijden hebben ze één tegengoal: de gelijkmaker van de Zwitsers die voor duwen afgekeurd had moeten worden.
Met balbezit ben je nergens
Argentinië 59%, Portugal 61%, Spanje 79%, Mexico 54% en Zwitserland 63%. Balbezit blijkt op dit toernooi maar van geringe waarde. Al deze ploegen hadden er een duidelijk overschot van om mee te nemen in het vliegtuig naar huis. Vooral Spanje gaf een schrijnend voorbeeld van hoe balbezit waardeloos kan zijn: als je domweg in de breedte tikt en amper aanstalten maakt om de tegenstander pijn te doen, kan iedere fout je fataal worden. Zo ondervond Gérard Pique, wiens handsbal uiteindelijk het einde van de rode furie en een hele generatie Spaanse baltovenaars betekende.
Unieke kansen voor kleine ploegen
Kroatië voor het eerst sinds 1998 bij de laatste acht. Zweden gaat op voor de eerste kwartfinale sinds 1994, voor Rusland was 1970 het laatste optreden op dit niveau. Als Engeland wint is het de eerste halve finale sinds 1990 terwijl België voor het eerst sinds 1986 de halve finale kan verrijken. Zonder onze Engelse vrienden te willen beledigen: de kwartfinale telt vijf Europese deelnemers die op het wereldtoneel al een generatie niets meer getoond heeft. Dit WK toont zich veel, maar niet voorspelbaar.
Pluim voor de arbitrage
Natuurlijk zijn scheidsrechters altijd een welkome speelbal. In deze achtste finales deden ze uitstekend werk. Björn Kuipers toonde zich tijdens Rusland – Spanje sterk. Alireza Faghani had prima greep op Frankrijk – Argentinië, hoe zwaar die pot ook was. De wedstrijd tussen Uruguay en Portugal werd vooraf als schoppartij gemarkeerd, maar dat viel prima mee. De Amerikaan Mark Geiger komt natuurlijk niet uit een voetballand, maar hield uiteindelijk het hoofd koel in Engeland – Colombia zonder met rode kaarten te smijten. Ook daarvoor een bescheiden chapeau.
,

