“We zijn goed genoeg om thuis met twee of drie doelpunten te winnen”, had Ronaldo in de 1-0 verloren heenwedstrijd nog gezegd. Het bleek enige grootspraak. Real Madrid speelde in de return met 1-1 gelijk tegen Olympique Lyon en werd zodoende in de achtste finale geëlimineerd in de Champions League. Het is het vertrekpunt van de reis die Cristiano Ronaldo als speler van Real Madrid maakte. De Spaanse grootmacht probeerde sinds 2002 verwoed zijn tiende Champions League-titel te winnen, maar zat in een crisis op continentaal niveau. In 2010 was die nog verre van opgelost.
Voorzitter Florentino Pérez haalde in zijn missie voor La Décima de Braziliaanse Ronaldo, David Beckham en Michael Owen naar Madrid, en deed daar in zijn tweede termijn nog een schepje bovenop met spelers als Káka, Xabi Alonso en Karim Benzema. Geen aankoop was echter succesvoller dan Cristiano Ronaldo. Geboren in Madeira, opgegroeid in Lissabon en volwassen geworden in Manchester. Hij was in 2009 met zijn eeuwige rivaal Lionel Messi al de beste voetballer van de wereld. Maar in het koninklijke wit was hij klaar om de grootste te worden.
Absurd doelpuntengemiddelde
Ronaldo speelde 438 officiële wedstrijden voor Real Madrid. Zijn belangrijkste statistieken: 450 goals, 131 assists. Het zijn getallen waar men in zou kunnen verzuipen, Tom Egberts zich in zou kunnen verslikken als ze op zijn autocue stonden. Het zijn bovenal cijfers die maar bij één speler passen. In de historie van de Spaanse competitie heeft geen enkele vermaarde goalgetter een doelpuntengemiddelde van boven de één per wedstrijd, behalve Ronaldo. Messi komt met 0,92 relatief in de buurt, maar laat op de Portugees nog 0,15 goals elke negentig minuten liggen.
Negen jaar Real Madrid gaf Ronaldo een eigen plek in de wereldgeschiedenis. Hij transformeerde van handige balvirtuoos naar ongeëvenaarde doelpuntenmachine. Na de Champions League-finale in 2009 dacht menigeen dat dit het tijdperk van Messi ging worden. Zo’n baltechniek, zo’n genialiteit. Toch heeft zijn talent de strijd nooit kunnen beslissen tegen de immer knorrende honger van Ronaldo. Na tien jaar rivaliteit is de stand in Gouden Ballen 5-5. Wellicht is dat – het op gelijke hoogte met wellicht de technisch best onderlegde speler uit de wereldgeschiedenis – nog wel de grootste prestatie van dit decennium Ronaldo.
En wat betreft Real Madrid? Acht jaar en vijf maanden na die uitschakeling tegen Olympique Lyon heeft de club La Décima overtuigend behaald en staat de teller inmiddels op dertien Champions League-titels, waarvan drie in de laatste drie jaar. De selectie van de laatste drie jaar is een van de succesvolle teams uit de wereldgeschiedenis. Maar elftallen verslijten in het geheugen, wie herinnert zich tenslotte de ploeggenoten van Ferenc Puskás bij Real Madrid, Johan Cruyff bij FC Barcelona of Diego Maradona bij Napoli? De naam van hun sterspeler blijft krachtig overeind.
Cristiano Ronaldo dos Santos Aveiro, voor altijd het gezicht van een illuster stuk voetbalgeschiedenis.
