“Ik had het gevoel dat ik in Rusland bijna alles gewonnen had. Ik heb er ook vier seizoenen gespeeld, dus het werd tijd voor wat nieuws. Het was voor mijn gevoel wel mooi geweest”, beargumenteerde Quincy Promes afgelopen week tegenover de NOS zijn keuze voor Sevilla. “Ik zie dit als een tussenstap. Waarnaartoe? Dat weet alleen God. Maar ik ben voetballer en wil altijd het hoogste halen.”
Een tussenstap. Er zijn helaas geen transcripten naar buiten getreden over de gesprekken tussen speler en club aan de onderhandelingstafel, maar volgens ABC de Sevilla is een ambitie naar hogere oorden niet terug te zien in het uiteindelijke contract. Promes stemde volgens het medium in met een gelimiteerde transfersom van 150 miljoen euro. Voor minder heeft Sevilla het recht de aanvaller in Zuid-Spanje te houden.
Chagrijn
Op het eerste oog is het een duizelingwekkend bedrag, in de praktijk verdient dat een nuance. Spaanse clubs zijn naar de wetgeving van het land verplicht een gelimiteerde transfersom in het contract van speler te zetten. Wanneer werkgever en werknemer met elkaar afspreken dat een dergelijke clausule niet nodig is, dienen ze simpelweg een onrealistisch bedrag te besluiten. Ibrahim Afellay zag bijvoorbeeld bij FC Barcelona een bedrag van 100 miljoen euro in zijn contract staan, terwijl Cristiano Ronaldo eigenlijk niet voor minder dan één miljard euro Real Madrid zou verlaten.
Dat neemt niet weg dat clubs zich op zijn tijd willen verkijken op het potentieel van een speler of de werking van de markt. De transfer van Neymar van FC Barcelona naar Paris Saint-Germain vorige zomer is in dezen een schoolvoorbeeld. Hij vertrok voor het duizelingwekkende bedrag van 225 miljoen euro. De Spaanse subtop heeft er net zo goed last van. Sevilla zag vorige zomer Vitolo naar Atlético Madrid vertrekken en moest Clément Lenglet deze zomer aan FC Barcelona verkopen. Goed voor de status van de Andalusiërs als opleidingsclub, maar de enigszins karige transfersommen zorgden tevens voor chagrijn. Voor beide spelers kreeg Sevilla net iets meer dan 35 miljoen euro.
Sevilla heeft vertrouwen in de kwaliteiten van Promes en wil eenzelfde scenario niet nog een keer zien gebeuren. Nog nooit zette de Zuid-Spaanse club zo’n hoge clausule in zijn contract als voor de Nederlander. Met liefst vijftig miljoen euro werd het vorige record – honderd miljoen voor Juan Antonio Reyes – verpulverd. Voor Promes zaak ook op het veld naar hoogtes te gaan waar niemand voor hem stond. Hij heeft het heel hard nodig, wil hij Sevilla ooit voor zijn gelimiteerde afkoopsom verlaten.