Ajax zet stap voorwaarts

Vooraf ging het niet zozeer over de kansen van Ajax op overwintering in de Champions League, want die zijn zo goed als nihil. De grote vraag was dan ook: hoe staat Ajax er voor? Na de oorwassingen tegen Real Madrid, waarvan de tweede al een stuk minder pijn deed, volgde vorig seizoen een verrassend goed duel op Old Trafford. Ajax vergat Manchester United uit te schakelen, tot grote woede van Frank de Boer, maar legde daar, op de historische voetbalgrond in Manchester, de bodem voor herwonnen Europees vertrouwen. Hoe volwassen de ploeg in ruim een halfjaar is geworden, toonde het aan in Dortmund. Ajax speelde vanuit de eigen filosofie. Dat oogde soms een tikkeltje naïef, maar het sorteerde wel degelijk effect. De grote kampioen uit Duitsland had het knap lastig met de behendige en tactisch sterk spelende ploeg uit Amsterdam. In de eerste helft hadden Christian Eriksen (het wordt tijd dat hij kansen in cruciale duels gaat benutten) en Derk Boerrigter de openingsgoal op hun schoen. Na de rust was het een wonder dat Siem de Jong, en in iets mindere mate Ryan Babel, Ajax niet op voorsprong schoten. Met name Babel en zijn collega veteraan Christian Poulsen bleken het cement dat de jonge groeibriljanten van Ajax bij elkaar hield. Frank de Boer heeft een goed elftal geformeerd. Een team dat de Ajax-filosofie omarmt, een team ook met veel jongens uit de eigen jeugd en een team dat durft te voetballen. Het principe van De Boer loonde uiteindelijk niet, omdat Dortmund over iets meer uithoudingsvermogen en klasse beschikte. Maar wie over de 1-0 nederlaag heenkijkt, heeft gezien dat Ajax de weg omhoog is ingeslagen en het eindpunt van die route is nog lang niet in zicht.