Het publiek van NEC heeft Leroy George inmiddels volledig in de armen gesloten. Twee weken geleden betekende zijn doelpunt de winnende in de Gelderse streekderby tegen Vitesse. Voor het eerst na 1979 won NEC weer eens op Arnhemse bodem. Na volgende basisplaatsen tegen ADO Den Haag en PSV (beker) moest hij vanmiddag (zondag) weer op de bank plaatsnemen. Maar na een kwartier waren al de eerste 'Leroy, Leroy'-gezangen vanaf de tribune te horen. "We zijn en blijven altijd een team. Het is ook hartstikke jammer voor de jongen die op mijn plaats speelt, John Goossens", vertelde George tegenover ELF Voetbal.
"Dat verdient hij niet. Hij is een belangrijke speler voor ons. Het is niet leuk. Maar het is voor elke speler wel mooi als je naam wordt gescandeerd." Tijdens zijn invalbeurt had George twee goede kansen. De beste en tegelijk knapste was die in de voorlaatste minuut. Een weggekopte bal van Bruno Martins Indi nam hij in één keer op de pantoffel. Doelman Erwin Mulder tikte de bal onder de lat vandaan. "Ik raakte hem lekker, ja. Jammer dat het geen doelpunt opleverde. Ik heb met mijn invalbeurt geprobeerd mensen te overtuigen, maar ik kan niet tevreden terugkijken."
"Het was moeilijk om er bij hen doorheen te komen vandaag. Feyenoord stond goed gegroepeerd. Daardoor waren er weinig kansen te zien. Het publiek zag ook geen hoogstaande wedstrijd. We probeerden wel degelijk kansen af te dwingen. Maar we moesten af en toe ook het geduld bewaren. Dat moet tegen zo'n ploeg. Al ziet dat er voor het publiek niet altijd logisch uit. Het is jammer dat het vandaag zo gelopen is. We hadden een belangrijke stap kunnen zetten op de ranglijst. We streven immers een plekje in het linkerrijtje na."
Tenslotte gaf George aan wel degelijk te hebben starten. "Wie zegt dat wij allebei maar drie kwartier zouden spelen? John Goossens? Nee, zo is het niet gegaan."

