Spanje en eigenlijk de hele wereld is deze weken in de ban van de vier Clasico's die gespeeld worden, maar het vuurwerk kwam niet van editie één. Real Madrid had voor een behoudende tactiek gekozen na de 5-0 afslachting van eerder dit seizoen in Camp Nou. José Mourinho zette Mesut Özil op de bank en plaatste Pepe als extra verdedigende kracht op het middenveld.
Dat kwam de aantrekkelijkheid van de wedstrijd niet ten goede. Real moest winnen om het gat van acht punten te verkleinen, maar toonde weinig initiatief. Ook Barça leek niet helemaal zichzelf, waardoor een saaie eerste helft ontstond. Pas op slag van rust werd het spectaculair, toen eerst Messi de vuisten van Iker Casillas vond en een minuut later Cristiano Ronaldo zijn kopbal van de lijn af gehaald zag worden door Adriano Correia.
Ook meteen na rust kwam er van beide kanten vuurwerk. Cristiano Ronaldo vuurde een vrije trap via de paal naast, waarna drie minuten later de beslissing viel aan de andere kant. Raul Albiol hing om de nek van de doorgebroken David Villa, die gretig ging liggen en Albiol van het veld gestuurd zag worden. Messi had geen moeite met de toegekende strafschop: 0-1.
Met tien man ging Real in de achtervolging, maar De Koninklijke had de hulp van scheidsrechter César Muñiz Fernández nodig om langszij te komen. Dani Alves speelde de bal in duel met Marcelo, maar de linksback van Real ging gretig naar de grond. Ronaldo pakte het cadeautje maar al te graag uit: 1-1.
Real schiet met het gelijkspel weinig op, maar kan de komende weken op andere fronten haar kans pakken. Woensdag spelen de aartsrivalen de bekerfinale, in de twee weken daarna staan de halve finales van de Champions League op het programma.

