Al in de openingsfase werden de Spanjaarden gewaarschuwd. De Verenigde Staten begonnen gretig, zaten er kort op en creëerden enkele goede kansen de eerste tien minuten. Een fraaie omhaal van Charlie Davies eindigde maar net naast het doel van Iker Casillas. Kort daarna was de spits wederom gevaarlijk. Uit een voorzet van Carlos Bocanegra kopte Davies echter enkele meters naast. Het openingsoffensief eindigde met een afstandsschuiver van Clint Dempsey.
Spanje kon daar niet bijster veel tegenover stellen. Een afstandschot van Cesc Fábregas dat over vloog en een gemiste kans van Fernando Torres, de Liverpool-spits schoot van dichtbij naast bij de tweede paal, hielden de Verenigde Staten overeind.
Toch trok de underdog in die eerste helft snel weer het initiatief naar zich toe. Ricardo Clark en Michael Bradley wisten het zo gevreesde Spaanse middenveld uitstekend te ontregelen. Dat leverde kansen op en uiteindelijk ook het eerste doelpunt via Jozy Altidore. De spits van Villarreal draaide zich handig weg bij de Spaanse verdedigers en werkte de bal via de hand van Casillas het doel in.
Spanje kreeg nog enkele grote kansen op de gelijkmaker voor de rust, maar had daarbij geen geluk. David Villa zag zijn schot geblokt worden en miste enkele minuten later één op één met doelman Tim Howard. De aanvaller van Valencia schoot hoog over. Ook Torres was dichtbij, maar zijn schot in de korte hoek werd door Howard knap gered met de voet.
De tweede helft bleek Spanje eveneens niet gunstig gezind. Het schortte bij de Europees kampioen niet zelden aan een goede eindpass, waardoor de Verenigde Staten met de minuut meer gingen geloven in een goede afloop. Helemaal toen de kansen die Spanje kreeg vakkundig om zeep geholpen werden.
Zo dacht Villa vrije doortocht richting doel te hebben, maar versperde Jay DeMerit hem de weg. Albert Riera zag een doelpoging in het zijnet belanden en ook Sergio Ramos had zijn dag duidelijk niet. Een kruising tussen voorzet en schot eindigde op de paal en een open schotkans van dichtbij werd geblokt door Clark, die zich met gevaar voor eigen leven voor het naderende projectiel wierp.
Sergio Ramos zorgde er in de 74e minuut voor dat de Verenigde Staten het duel konden beslissen. Een klutsbal, die na een voorzet vanaf rechts was blijven hangen in de zestien, besloot Ramos eerst rustig aan te nemen in plaats van direct weg te werken. Dempsey verraste de verdediger van Real Madrid in de rug en profiteerde door de bal direct in het doel te schuiven.
Hoewel Bradley even ervoor met rood van het veld was gestuurd - en de VS dus met tien man verder moest - was Spanje ook in de laatste minuten van deze halve finale niet meer in staat te scoren. Het betekent niet alleen dat de Verenigde Staten komende zondag in Johannesburg in de finale van de Confederations Cup staan, maar ook het einde van de zegereeks van Spanje.
De Europees kampioen had woensdagavond bij winst, dat zou de zestiende overwinning zijn geweest (een wereldrecord), het eerste land kunnen zijn dat maar liefst 36 keer op rij ongeslagen bleef. Spanje blijft nu steken op 35 zeges, evenveel als Brazilië (1993-1996).

