De Graafschap begon de competitie nog met een ontluisterende 1-8 nederlaag tegen Ajax, en leek volgens velen hard op weg om rechtsreeks terug te keren naar de Jupiler League. Vier duels later staat de ploeg uit Doetinchem met tien punten solide in de subtop van de Eredivisie.
De overwinning op Vitesse was zonder meer terecht. De thuisclub had in de eerste helft weliswaar een veldoverwicht, maar ontbeerde de scherpte en de creativiteit om de bezoekers daadwerkelijk in de problemen te brengen. Het was De Graafschap dat via counters voor het meeste gevaar zorgde. Opvallend genoeg ging Graafschap-goalgetter Donny de Groot daarbij ten onder aan zijn eigen onbaatzuchtigheid. De spits, die in de eerste vijf duels van het seizoen scoorde, speelde de bal vlak voor rust af op een moment dat een schot op doel vrijwel zeker de 0-1 had betekend.
Ook na de pauze verkwanselde De Groot een riante mogelijkheid. Dat die missers De Graafschap niet fataal werden spreekt boekdelen over het sterke spel van de bezoekers, alsmede de zwakte van Vitesse.
Uiteindelijk was het voormalig-Vitesse speler Purrel Fränkel die zijn oude ploeg met een van richting veranderd schot op achterstand zette. Vitesse probeerde vervolgens wel de aanval te zoeken, maar slaagde er niet in om een serieus offensief op de been te zetten.
Lichtpuntje voor de thuisclub was het debuut van aanwinst Juan Lorca. De Chileen liet met fraaie bewegingen en steekpasses zien over flink wat techniek, creativiteit en inzicht te beschikken, maar zijn bijdrages bleven door het zwakke vervolg van zijn nieuwe collega´s zonder enig rendement.
In de blessuretijd besliste Berry Powel de wedstrijd met een snoeiharde uithaal in de bovenhoek. Voor De Mos, die zijn ploeg na drie wedstrijden nog op de eerste plaats zag staan, is het sprookje weer voorbij. Niet zo voor De Graafschap, dat inmiddels opgeklommen is naar de vierde plek op de ranglijst. De vraag is voor hoe lang.
