Zijn prestaties in De Laars moeten groots zijn geweest: de Italianen waren dol op hem en raakten maar niet uitgepraat over zijn unieke manier van dribbelen.Landskampioen werd hij echter niet met Inter. Na Wilkes zouden nog veel meer Tulipani (Tulpen), zoals de Nederlandse spelers in de Italiaanse pers vaak worden genoemd, hun opwachting maken in Serie A of B.
Maar waarom zijn landgenoten als André Roosenburg, Karel Voogt en Wim Lakenberg, die begin jaren vijftig respectievelijk voor Fiorentina, het Siciliaanse Messina en Pro Patria uitkwamen, nagenoeg in de vergetelheid geraakt terwijl zij niet lang na Wilkes de overstap maakten? Wat is er waar van de verhalen dat Abe Lenstra een blanco contract kon tekenen bij Fiorentina maar besloot toch in zijn geliefde Friesland te blijven? En hoe kan het dat het tandem Bergkamp-Jonk nooit aan de hooggespannen verwachtingen heeft kunnen voldoen bij Internazionale Waarom heeft Clarence Seedorf, die eerst voor Sampdoria en later voor beide Milanese clubs zou uitkomen, in eigen land nooit de waardering gekregen die past bij de meest succesvolle speler in de Serie A?
Tulipani in de Serie A te over. Denk aan Willem Kieft, Europees topscorer in 1982, die Ajax verruilde voor Pisa en zich van het ene op het andere moment staande moest houden tegen de beste verdedigers van de wereld. Denk ook aan Aron Winter, de huidige assistent van Erik ten Hag, die een belangrijk deel van zijn carrière in Italië heeft gespeeld en bij Lazio Roma geconfronteerd werd met een uiterst onaangename kant van het Italiaanse voetbal: racisme. En Bryan Roy, die na de UEFA Cup-winst met Ajax in 1992 zichzelf enkele maanden later terugvond bij provincieclub Foggia. Wat had een Europees toptalent in hemelsnaam in het verre Puglia te zoeken?
En dan zijn er natuurlijk nog de successtory’s van bewierookte mannen als Ruud Krol bij Napoli en het Milanese Trio Gullit-Van Basten-Rijkaard, die in het collectieve geheugen van de Nederlandse voetbalfans staan gegrift. De Italiaanse competitie: als je erin slaagt, is het misschien wel de mooiste van de wereld. De adoratie van de tifosi, het klimaat, het eten en de cultuur hebben bij veel Nederlandse voetballers voor onuitwisbaar mooie herinneringen gezorgd. Maar als je er niet kunt overtuigen, kun je maar beter elders je heil zoeken.
Forza Olandesi pretendeert niet volledig te zijn. Niet alle Nederlanders die ooit het shirt van een Italiaanse club hebben gedragen komen aan bod. Maar de meest spraakmakende avonturen en mooiste verhalen hebben, in de context van de betreffende tijdsgeest,hun weg naar dit boek gevonden.