Op Europajacht
Had iemand verwacht dat de Reds nog geen twee jaar later Europees voetbal konden veiligstellen? Pff, niet echt. En toch kwam het uit. Laszlo Bölöni hield zijn ploeg meestal goed dichtgespijkerd en vooraan pikte good old Dieumerci Mbokani zijn goaltjes mee. Antwerp haalt play-off I, pakt ook daar zijn puntjes en kan op deze 19e mei Europa in als het even mee wil zitten. Daar ben ik graag bij. Ik kom toch al graag in België. Als er slecht wordt gevoetbald, moet je je toch niet vervelen: onze zuiderburen kunnen absoluut niet organiseren.
Daardoor zijn er soms draconische veiligheidsmaatregelen waar ze absoluut niet nodig zijn, of juist andersom. Wie zin heeft, neemt zo een lading explosieven mee waar een gemiddeld scheikundig depot jaloers op wordt, terwijl de ordediensten vermoedelijk met traangas en wapengekletter op jacht zijn naar de familietribune. In Brugge gaat het aanvankelijk nog wel. De bus komt op tijd. We zijn in West-Vlaanderen. De Vlamingen vinden dat die mensen het meest op Hollanders lijken. En dat ze niet te verstaan zijn. Dat klopt, waardoor punt één niet te controleren is. Ik zie ook bussen naar Zeeland. Dat beangstigt me wat.
Beladen pot in Brugge
Ruim op tijd voor de aftrap ben ik in de buurt van het stadion. Op de Gistelse Steenweg, meer precies. Dat is een weg zoals iedere Vlaamse stad van 30.000 inwoners of meer er een heeft. Vaak anderhalve kilometer lang met alles dat de buurt nodig heeft: kapper, slager, supermarkt, café. Hier speelt dus ook Club Brugge, in het Jan Breydelstadion, dat het deelt met stadgenoot Cercle Brugge. De infrastructuur naar het jarenzeventigstadion is redelijk. Je merkt aan de hoeveelheid merchandise en Clubminded cafés in de buurt dat dit een grote club is, en het verkeer rijdt door.
Het valt me al mee dat de burgemeester niet heel Brugge heeft lamgelegd. Je kan je in België een ons zoeken naar de juiste ingang bij risicowedstrijden, en daar mag je Club Brugge – Antwerp wel toe rekenen. Al meer dan een eeuw hebben de boerse Bruggelingen en de arrogante Antwerpenaren geen goed woord voor elkaar over. Een recente aflevering van Sjotcast (luistertip) deed uit de doeken dat er al heel vroeger flink geknokt werd. Zo heet is het op deze zondag niet. Racing Genk is midweeks kampioen geworden, waardoor Brugge weet dat het tweede wordt. Antwerp wil vooral Europa in.
In het gammele stadion
Ikzelf zou graag het stadion in willen. Werkelijk niemand heeft een benul. Vier suppoosten reageren hetzelfde op de vraag ‘persingang’ als ze zouden doen mocht iemand ze vragen waar je in de buurt een gevechtshelikopter kan aanschaffen. Na zeven keer omlopen vind ik mijn ingang. Eerste indruk: wat een armoedige, mistroostige rommel. Wie ooit de Brugse binnenstad heeft bezocht weet: ze kunnen het hier wél, gebouwen onderhouden. Dit ding lijkt na de oplevering nooit meer te zijn opgeknapt. Het lekt aan alle kanten.
Voor de nadere inspectie van platen die aan elkaar hangen, tientallen losliggende draden en een soort vuilstort is er wél iets positiefs: het eten. Reden één om belgofiel te worden. Een paar weken eerder was ik nog bij Ajax – Juventus. Je had die Italianen moeten zien toen in de perskamer van de Johan Cruijff ArenA een broodje Unox werd geserveerd. Nee, dan hier: de club viert de laatste thuiswedstrijd van het seizoen met een weldadig visbuffet. Vers uit de Noordzee. Goddelijk, werkelijk waar. Jammer van die wedstrijd, zou je haast zeggen.
Eenmaal plaatsgenomen op de perstribune (krapper dan waar dan ook, waardoor je zelfs tussen twee niet echt horizontaal uitgedaagde collega’s klem zit), slaat het noodlot toe. Ik was al op mijn hoede bij de bussen naar Zeeland en het komt uit. Zoutelande. Als de FBI meeleest: stop met dat waterboarden. Zet een verdachte gewoon tussen twee anderen op de Jan Breydel-perstribune en laat die kale zanger kwelen hoe blij hij is dat je hier bent. In no time geef je alles toe, zelfs dingen die je nooit zou doen. Oordopjes wenden het onheil gelukkig snel af.
De wedstrijd is een leuk potje, niets op af te dingen. Brugge speelt voor de eer en voor Ivan Leko, de trainer die zal moeten vertrekken, zo weet eigenlijk iedereen behalve Leko zelf. Na de snelle 1-0 voor de thuisploeg draait Antwerp de zaak helemaal om en zijn ze heel dichtbij Europa. Door twee Brugse goals in de slotfase kan de thuisaanhang de bezoekers toch pestend naar huis sturen: 3-2. Antwerp moet nog een weekje wachten, maar het zal goed komen. Dat betekent voor mij nog een tripje over de grens. Na afloop van het werk vieren we dat met een pintje. Ik ben al met al toch blij dat ik hier ben.