Nu bekend is geworden dat Sarina Wiegman het Nederlands Elftal gaat verlaten voor de nationale ploeg van Engeland, is het tijd terug te blikken op de periode van de bondscoach. In 2014 verliet de trainster ADO Den Haag, waar ze kampioen werd en tweemaal de beker won, om assistent-trainer te worden van het Nederlands vrouwenelftal. Als assistent van Roger Reijners deed ze mee aan het WK in Canada. Dat toernooi liep voor Oranje uit op een enorme teleurstelling, want na een matige groepsfase werd het Nederlands Elftal kansloos uitgeschakeld in de achtste finale tegen Japan. Ze was een korte periode interim-trainer. waarna ze weer assistent werd bij Arjan van der Laan. Die trainer werd al snel ontslagen, waarna Wiegman het in januari 2017 definitief overnam.
EK-winnaar
Met onder andere Foppe de Haan als assistent deed het Nederlands Elftal een half jaar later in eigen land mee aan het EK. Wiegman probeerde Oranje verzorgd te laten voetballen, met Lieke Martens als ster, Vivianne Miedema als goede afmaker en Jackie Groenen als vormgever. Oranje zat in een sterke groep met toplanden als Noorwegen en Denemarken én dat liep erg goed af. Nederland werd groepswinnaar met negen punten, want ook België werd nog verslagen. In de knock out-fase werden Zweden en Engeland overtuigend verslagen. In de finale tegen Denemarken stond Miedema op met twee doelpunten en werd er uiteindelijk met 4-2 gewonnen. Het zorgde ervoor dat het vrouwenvoetbal in Nederland veel meer ging leven en de stadions zaten vol.
Een succesvol WK
Na het geweldig verlopen Europees kampioenschap leek het Nederlands Elftal zich ook makkelijk te gaan plaatsen voor het WK in Frankrijk, maar op de laatste speeldag van de kwalificatie werd er verloren van Noorwegen en dus moest Oranje de play-offs in. Daarin werd Denemarken gemakkelijk uitgeschakeld, waarna confrontatie met Zwitserland wachtte. Ook dat bleek een makkie, waarna deelname aan het WK een feit was. Aldaar had Nederland het zwaar tegen Nieuw-Zeeland en leek het genoegen te moeten nemen met een gelijkspel, tot invalster Jill Roord in de blessuretijd het winnende doelpunt maakte. Vervolgens werden ook Kameroen en Canada verslagen, waarna de achtste finale tegen Japan volgde.
Tegen de Aziatische grootmacht kon Oranje revanche nemen voor de uitschakeling van vier jaar eerder. De ploeg van Wiegman speelde nog steeds vrij stroperig, maar gewonnen werd er wel. Dat gebeurde opnieuw in de blessuretijd, door een dubbelslag van Martens. In de kwartfinale tegen Italië bleef het weer lang gelijk, waarna Miedema en Stefanie van der Gragt in de laatste twintig minuten beide scoorden. Doordat Zweden in de verlenging van de halve finale door een treffer van Groenen verslagen werd, stond Nederland in de WK-finale. Daarin werd kansloos verloren van de Verenigde Staten, maar heel Nederland was trots op de ploeg van Wiegman. Die trots bleef, omdat de vrouwen in de kwalificatie voor het EK 2022 geweldig presteert met 18 punten in 16 wedstrijden, maar liefst 28 doelpunten voor en drie tegen.
