"Het liefst hadden we als KNVB als enige organisator het Bid ingediend. Die insteek lag er vanuit onze kant ook", vertelt Gijs de Jong, secretaris-generaal van de KNVB, eerlijk. "Maar toen de FIFA besloot om het aantal deelnemers van 24 uit te breiden naar 32 landen hebben we veel gediscussieerd, maar kwamen we tot de conclusie dat we dat aantal niet aan kunnen. Daarvoor is Nederland te klein. We zochten toenadering tot België en Duitsland en gelukkig zeiden zij toe. Daar liggen natuurlijk culturele uitdagingen."
Speelsteden
Nederland levert in Amsterdam, Rotterdam, Eindhoven, Enschede en Heerenveen vijf speelsteden. België draagt met Gent, Brussel, Genk en Charleroi vier speellocaties en Duitsland heeft vier steden aangewezen die allemaal compact in het Roergebied liggen: Dortmund, Duisburg, Düsseldorf en Keulen. "Alle steden liggen dichtbij elkaar wat het WK duurzaam maakt. We willen gezamenlijk het grootste toernooi voor vrouwen ooit neerzetten. Kijkende naar toeschouwersaantallen, kijkende naar tv-kijkers. In alle speelsteden willen we fanpleinen creëren. Ook commercieel leveren we bij de FIFA een heel aantrekkelijk bid in. Kort samengevat, een ambitieus, competitief bid."
Anderhalve week geleden kreeg de organisatie een meevaller door het terugtrekken van Zuid-Afrika. Nu zijn Brazilië en de combinatie Verenigde Staten/Mexico als enige kandidaten ook in de race om het WK Vrouwen 2027 binnen te halen. De Jong: "We rekenen erop dat we ruim honderd stemmen van de 211 aangesloten bonden nodig hebben. We proberen al langere tijd en ook de komende periode om de andere bonden enthousiast te maken, zonder het een lobby te noemen. We rekenen op de volledige steun van Europa, dat al 55 stemmen heeft. Eigenlijk 54, omdat wij zelf natuurlijk niet mogen meestemmen. De laatste tijd hebben we veel energie in Oceanië (elf landen, red.) gestoken en nu gaan we ons richten op Afrika (46 landen, red.)."
Groei
De Jong hoopt door te bouwen op het succes van het EK Vrouwen dat in 2017 in Nederland plaatsvond. "Dat heeft de groei van het meidenvoetbal enorm doen toenemen. Niet alleen groeide het aantal voetballende meiden en vrouwen tot 135.000, zij kregen ook meer mogelijkheden voor talentontwikkeling en betere voorwaarden om met plezier te kunnen voetballen. We hopen nu op eenzelfde effect. Ook een groei van het aantal vrouwelijke scheidsrechters, vrouwelijke bestuursleden. We streven meer gelijkheid na." Zo hoopt de KNVB dat haar ledenaantal na een WK straks met vijftien procent meisjes en vrouwen groeit. "Daarnaast wil BNG2027 ook inzetten op een verhoogde interesse en toenemend enthousiasme voor het vrouwenvoetbal, zowel bij mannen als vrouwen."
De verantwoordelijk minister Conny Helder van VWS zette namens de regering afgelopen maandag haar handtekening onder het WK Bid. Net als vertegenwoordigers van de vijf speelsteden alsmede De Jong namens de KNVB. "Ik wil voorstellen dat we Vrouwenvoetbal voortaan Voetbal voor Vrouwen noemen", stelde Helder in haar toespraak voor. "Het lijkt nu alsof het iets kleins is, maar dat is absoluut niet zo."
Ze maakte afgelopen zomer het WK in Australië en Nieuw-Zeeland persoonlijk mee. "Ik liep ook mee in de Oranjemars. Bij voetbal voor vrouwen is het altijd gezellig. Zo'n toernooi geeft Oranjekoorts zonder de nare bijverschijnselen." Helder bekleedt haar functie op demissionaire basis. "Als overheid zullen wij helpen waar het kan. En ik hoop dat mijn opvolger dat ook zal doen. Het wordt geen eitje, maar we gaan het toernooi binnenhalen."
Impact
Accountantsbureau PwC berekende op verzoek van de WK 2027-organisatie de economische impact van het toernooi. Volgens partner Jacques de Swart levert het mondiale sportevenement een totaalbedrag van 194,1 miljoen euro op. Een optelsom van de verwachte uitgaven van supporters, media en deelnemende landen. Een directe impact van 125,6 miljoen euro, waarvan zeventig procent is toe te kennen aan bestedingen door reguliere bezoekers. De gemeente Enschede en Heerenveen hebben aangegeven dat 400.000 euro wegvalt vanwege het zogenaamde verdringingseffect. Toeristen die vanwege het WK juist de steden mijden of inwoners die daardoor elders hun geld besteden. De indirecte impact bedraagt 68,9 miljoen euro.
"Van het totale bedrag moeten de organisatiekosten nog vanaf worden gehaald. Ook hebben we andere mogelijke kosten niet meegeteld." Van de speelsteden profiteert Amsterdam met een bedrag van 78 miljoen euro naar verwachting verreweg het meest van het toernooi, op ruime afstand gevolgd door Rotterdam (41 miljoen). Het EK Vrouwen in 2017 bracht zo'n 23 miljoen euro op. Al telde dat natuurlijk minder wedstrijden. Het EK voor mannen van 2021, toen er vier wedstrijden in Amsterdam werden gespeeld, leverde ongeveer 40 miljoen euro op.