Het is 2 februari 2012 als oud-Feyenoord-keeper Sheriff Ekramy het woord neemt. Hij maakt bekend dat de gehele selectie van Al-Ahly niet meer wil voetballen. De aanleiding: rellen tijdens en na een duel met Al-Masry, die aan 74 mensen het leven kost. Ook de spelers van Al-Ahly vrezen voor hun leven. De Egyptische competitie wordt na deze rellen zelfs stilgelegd. Sport komt even op de tweede plaats. Maar Al-Ahly laat zien dat het sterk is en zich zeker niet uit het veld laat slaan. Sinds 2012 is de club slechts twee keer niét kampioen geworden.
Van de tien beschikbare landstitels in het afgelopen decennium pakte Al-Ahly er zeven. Het zijn de cijfers die aantonen dat de club zich in competitieverband nooit zorgen heeft hoeven maken. Toch zit er ook een keerzijde aan het verhaal. Al-Ahly won in 2012 voor het laatst de Afrikaanse Champions League. Een waardige spelersgroep voor dat toernooi werd vooralsnog niet meer op de been gebracht.
De Nederlanders Martin Jol en Jo Bonfrère waren er ooit trainer. Verder droeg Hossam Ghaly, oud-speler van Feyenoord en Tottenham Hotspur, het shirt van Al-Ahly. Maar de bekende gezichten die ooit bij de club uit Caïro onder contract hebben gestaan, zijn op een hand te tellen. Des te knapper is het dat Al-Ahly na al die jaren nog steeds relevant is.
Collectief
Er lopen momenteel vijf buitenlandse spelers rond die stuk voor stuk geen internationale bekendheid hebben. Walid Soliman is nota bene met zes doelpunten de clubtopscorer van dit seizoen. Het wijst er allemaal op dat Al-Ahly weer tot een collectief is gevormd, waar niemand in Egypte aan kan tornen. Acht jaar na de rellen staat Ekramy op het punt zijn carrière te beëindigen. Hij is trouw gebleven aan een club die wederopbouw beloofde en de woorden nakwam.
Zou de laatst afgewerkte speelronde zijn weggevallen, dan stond Al-Ahly dit seizoen op louter zeges. Het gelijkspel tegen Smouha was een uitzondering. Nummer twee Al Mokawloon verloor al vijf keer. Zegt genoeg.

