Het verhaal is inmiddels bekend: Mauro, die zaterdagavond door ziekte ontbrak in de wedstrijdselectie tegen sc Heerenveen, kan voor Oranje uitkomen omdat hij langer dan vijf jaar in Nederland woont. De in São Paulo geboren PSV’er liep in 2013, op 14-jarige leeftijd, al trainingsstages op De Herdgang en liet vier jaar later Brazilië definitief achter zich voor een avontuur in Brabant. In gesprek met onder andere Ziggo Sport liet Mauro weten wel oren te hebben naar een Nederlandse interlandcarrière, al zit daar wel een haakje aan. In interviews en op persconferenties liet hij doorschemeren liever niet zijn Braziliaanse paspoort in te willen leveren en niet als toerist naar Brazilië te willen gaan. “Het is een moeilijke kwestie, maar om die beslissing te nemen, moet ik eerst worden opgeroepen”, zei hij begin november tegen Noa Vahle aan de rand van het veld van Olympiakos Piraeus.
Uitkomen voor Nederland
De meningen over de meerwaarde van Mauro in het Nederlands elftal verschillen. In onder andere Rondje Buitenland van Voetbal International werd aangehaald dat Oranje nog niet beschikt over een speler met de kwaliteiten van de geboren Zuid-Amerikaan: hoe hij zich kan opofferen voor het team en zich kan vastbijten in de tegenstander. “Als het binnen de regels valt, is er toch alles aan te doen om hem bij het Nederlands elftal te halen, aangezien hij momenteel één van de betere spelers van de Nederlandse velden is”, was Süleyman Öztürk van mening vlak na de stunt tegen Liverpool. Recordinternational van ons land, Wesley Sneijder, liet eerder aan tafel bij Rondo een ander geluid horen. “Is dat echt serieus een optie? Maar dan als linksback?” Sneijder doelt hiermee op de hevige concurrentie binnen het Nederlands elftal. Op het middenveld lopen smaakmakers bij een paar van de beste clubs ter wereld rond, zoals Frenkie de Jong, Ryan Gravenberch en Tijjani Reijnders. Bovendien is het ook op de linksachterpositie dringen bij de ploeg van bondscoach Ronald Koeman, die beschikt over Premier League-spelers Micky van de Ven, Nathan Aké en Quilindschy Hartman. Daarnaast stipte Sneijder een morele kwestie aan. “Ik vind eigenlijk dat het niet moet. In Nederland keuren we alles af van die Brazilianen die bij de nationale ploeg van Qatar meespelen, en dan zouden we dit zelf gaan doen?”, vervolgt Sneijder. “Dat moet je toch niet willen. Het is een Braziliaan.”
Mauro Júnior lost een schot in de Champions League-klapper tegen Napoli
Uitkomen voor Brazilië
Logischerwijs kan Mauro ook nog voor zijn geboorteland uitkomen. Het lijkt een moeilijke opgave om zich een weg te banen naar een plekje op het Braziliaanse middenveld. Daar zou Mauro moeten concurreren met controlerende middenvelders uit de Premier League: Casemiro, Bruno Guimarães en Andrey Santos. Een schrale troost voor de speler die zowel als linksachter als rechtsachter uit de voeten kan, is dat de beste spelers van het Braziliaanse elftal niet op de backposities staan. Caio Henrique (AS Monaco), Wesley (AS Roma), Alex Sandro (CR Flamengo), Paulo Henrique (CR Vasco da Gama) en Luciano Juba (EC Bahia) zijn geen absolute wereldtoppers. Waar Koeman in de vorige interlandperiode ervoor zorgde dat Luciano Valente niet meer voor Italië kan uitkomen, zit Mauro in hetzelfde schuitje als de Feyenoord-revelatie zat. De ingeburgerde Nederlander kan ook gebeld worden door bondscoach Carlo Ancelotti, al lijkt dat voorlopig nog niet aan de orde. Begin dit jaar haalde de oud-trainer van Real Madrid Igor Paixão nog bij de voorselectie van de Seleção terwijl hij in de Eredivisie speelde.
Mocht Mauro opgeroepen worden voor een nationale ploeg richting het WK, heeft hij dat te danken aan zijn ontwikkeling bij PSV. Over de metamorfose van de ware teamspeler bij de zesentwintigvoudig landskampioen lees je hier:

